De eerste kennismaking met India

Onze laatste dag in Pakistan staan we vroeg op om de gigantische bende op onze kamer op te ruimen en daarmee ook gelijk onze tassen in te pakken. We nemen uitgebreid afscheid van Sajjad en de andere toeristen en stappen om 11.00 uur in dezelfde tuktuk als gisteren om naar grens te gaan. We rijden de voor ons inmiddels bekende weg en passeren deze keer zonder kleerscheuren (haha) de eerste controleposten.

De grens net ná het dounagebouw.We lopen de laatste 300 meter met onze backpacks op de rug naar wat wij denken dat de douane is. Het is in het begin even zoeken, want we zien in dit gebouw niet echt iets wat lijkt op een paspoortcontrole. Bovendien zijn we de enige aanwezigen en zien we niemand in uniform. Even later worden we gewenkt door een man in overhemd dat we naar hem toe moeten lopen en hij vraagt om onze paspoorten. Blijkbaar zitten we toch goed?!

Hij vraagt ons om een douaneformulier in te vullen en stelt ons allerlei vragen over wat we in Pakistan hebben gedaan. Na ruim 40 minuten hebben we in ieder geval een exitstempel. Stap 1: vink! Tijdens het wachten werd Stefan al aangesproken door een mannetje of we onze Pakistaanse Rupees om wilden wisselen voor de Indiase variant. We horen hem een tijdje aan, maar besluiten om het in India te proberen. Tot nu toe hebben we elke keer de pech gehad dat het in het land van aankomst goedkoper was om te wisselen, dus laten we die gok maar eens wagen. Uiteraard beweert deze Pakistani dat we een domme keuze maken en eigenlijk is dat ook wat we op internet gelezen hebben. Maar de wisselkoers die hij ons aanbiedt is gewoon echt belabbert, veel slechter wordt dat vast niet.

Renee met één been binnen.Daarna mogen we met onze tassen door de poort, waar we gisteren nog, als onderdeel van de ceremonie, naar hebben zitten kijken. Voet voor voet stappen we over de streep die de grens markeert. We zijn nu in ieder geval aan de Indiase kant van de grens! Nu nog hopen dat ze niet moeilijk doen over ons visum, anders moeten we buiten slapen vannacht. Renee moet wachten tot de vrouwelijke beambte klaar is met haar lunch en kijkt toe terwijl Stefan gecontroleerd wordt op bommen en andere illegale dingen. Zijn jas moet open, de dagtas moet open, alles eruit en het paspoort wordt goed bekeken, zowel de binnen als de buitenkant. Stefan is goedgekeurd :)

Renee wordt inmiddels wel wat ongeduldig en dat valt de mannelijke beambte blijkbaar ook op. Hij gaat kijken bij zijn collega en wordt dan flink afgesnauwd. Geen idee wat de dame precies zei, maar het klonkt niet echt vriendelijk. Hij besluit om haar taken dan maar uit te voeren, ook al hoort hij dit bij vrouwen eigenlijk niet te doen. De controle bij Renee is veel sneller en minder nauwkeurig en het fouilleren wordt gelukkig overgeslagen. Blijkbaar ziet Renee er heel onschuldig uit.

Stefan in IndiaDaarna stappen we op de verplichte shuttlebus die ons naar het immigratiekantoor rijdt. Daar moeten we wederom een douaneformulier invullen en in de rij gaan staan tot we aan de beurt zijn. Al snel wordt er een extra rij geopend en wij worden gewenkt dat we vooraan mogen komen staan. Dat is nog eens prettig! We houden even onze adem in, toch een beetje bang dat we het land niet worden ingelaten (door het eerdere gezeur in Dubai). Maar dit is nergens voor nodig, binnen 5 minuten hebben we een mooie inreisstempel met 19 december 2014 in ons paspoort staan en zijn we écht in India!

We vullen bij een kantoortje nóg een formulier over alles wat we importeren (niets dus) en onze tassen worden daar nog een keer gecontroleerd. Hier zit ook het wisselkantoor waar we onze laatste Pakistaanse Rupees om willen wisselen. Helaas hebben we verkeerd gegokt, de wisselkoers is hier nog een stuk minder interessant dan aan de Pakistaanse kant. Nou ja, je kan niet altijd geluk hebben en als je het doorrekend, verliezen we maar een paar euro. Wel krijgen we hier een officieel papiertje waarmee we aan kunnen tonen dat we legaal aan de rupees zijn gekomen. Dat is toch ook wel een fijn idee, we hebben begrepen dat sommige overheidsinstanties in India daar om kunnen vragen (en alle treinen, sommige hotels en veel van de touristy-sights zijn overheidsinstanties).

Stefan met de winnaar van de taxiveiling en het buskantoor op de achtergrond.Om 14.15 uur India time staan we buiten en Renee loopt naar een soort kantoortje om te vragen welke bus ons naar Amritsar kan brengen. Het antwoord is geen, er vertrekken hier geen bussen naar Amritsar. Ondertussen wordt Stefan omringt met taxichauffeurs die ons allemaal naar Amritsar willen brengen. Hij zegt dat Renee ook al iets aan het regelen is en dat degene met het laagste bod wellicht geluk heeft, om de prijs naar beneden te krijgen. Dat werkt goed. Het eerste bod dat valt is 1200, maar uiteindelijk stappen we voor 400 Rupee (zo’n 6 euro) in een klein wit autotje. De tassen worden los op het dakrek gegooid en we vertrekken. Een paar honderd meter verder moeten we uitstappen om onze paspoorten nog een laatste keer te laten zien en daarna is het administratieve gezeur eindelijk klaar.

Onze chauffeur rijdt erg voorzichtig en daar zijn we eigenlijk wel blij mee. Dit komt niet alleen door de tassen die los op het dak liggen, maar ook door het feit dat de man enigzins doof blijkt te zijn en maar één goed oog lijkt te hebben. Hij overtuigd ons onderweg dat we beter naar het treinstation in Amritsar kunnen gaan dan naar het busstation. Wij willen naar Jalandhar en het schijnt dat de trein veel sneller is en bovendien vaak vertrekt. Nou, vooruit dan maar, we hopen maar dat hij dit niet alleen zegt omdat het minder ver rijden is voor hem!

Om 15.30 uur staan we veilig en wel met onze tassen op het treinstation. Wauw, wat een drukte hier! We gaan allebei in de rij staan om een kaartje te kopen. Stefan in de normale rij en Renee in die voor vrouwen, buitenlanders, seniors en gehandicapten (4x kans, grapt Stefan). Hier merken we al gelijk dat Indiërs niet zo goed zijn in netjes in de rij wachten. Persoonlijke ruimte, wat is dat?! Duwen en proberen voor te kruipen is ook heel gewoon. Na 10 minuten wachten is Stefan toch als eerste aan de beurt en koopt hij een Superfast ticket voor 40 Rupee per persoon (0,60 euro). Het Superfast staat niet voor de snelheid van de trein, maar betekent dat je het ticket (te) kort van tevoren hebt gekocht en daarom een toeslag betaalt.

BaitabTreinHet is meteen onze eerste treinervaring in India en door het onduidelijke betaalbewijsje in Hindi, moeten we zoeken waar we precies heen moeten. We moesten even aandringen, maar een vriendelijke jonge kerel loopt met ons mee naar het juiste perron en we kunnen daar gelijk in de juiste trein stappen. Dat dachten we althans. Naast ons zitten drie jonge jongens waar we mee aan de praat raken. Eén van hun heet Baitab, is een Sikh en draagt een mooie rode tulband. Deze trein gaat wel de goede kant op, maar het is niet de trein van 16.00uur, deze had al om 12.00uur moeten vertrekken. Zij zitten al vier uur te wachten tot hij wegrijdt zegt hij. En precies op dat moment komt de trein in beweging, hebben wij even geluk! We kletsen een tijdje over o.a. India en Nederland en wisselen Facebook namen uit zodat we contact kunnen houden.

Na ruim een uur komen we aan in Jalandhar. We sms-en gelijk met de mensen waarmee we in Pakistan (via internet) al contact hebben gelegd en die ons graag op willen halen van het treinstation. Chelsea en haar man Avtar zijn net als wij nieuw op Couchsurfing en dus vinden we het allemaal wel een beetje spannend. Omdat we geen reactie krijgen, besluiten we om ze dan maar even te bellen met onze Nederlandse telefoon.

Chelsea is nog onderweg van school naar huis, maar beloofd dat Avtar ons snel op komt halen. We gooien onze tassen buiten op de grond en gaan lekker zitten. We hebben op het Couchsurfing profiel van Chelsea al een foto gezien van hun allebei, dus herkennen we Avtar gelijk als hij na een half uur aan komt lopen. We volgen hem met onze bagage en bij een grote witte terreinwagen stoppen we. Wauw, zo’n mooie grote auto hadden we niet verwacht!

Zijn goede vriend Sam rijdt, zodat wij een beetje kunnen kletsen. Na een paar kilometer stoppen we bij een bushalte waar Chelsea inmiddels is aangekomen en ontmoeten we ook haar. Daarna rijden ze door naar hun appartement in Jalandhar Heights. We zijn verrast over wat we zien, deze mensen zijn een stuk rijker als de gemiddelde Indier. We krijgen onze eigen kamer met een groot bed en privé badkamer, waar we meteen onze bagage droppen. En ploffen daarna met z’n allen op de bank om kennis te maken. Hun labrador Casper vindt ons super interessant en komt elke keer vrolijk bij ons zitten, bij voorkeur op schoot.

Pizza timeVoor het avondeten worden er allerlei pizza’s besteld, iets wat wij ook helemaal niet erg vinden. Stefan is flink verkouden en proeft daardoor bijna niks. Maar hij hoest alles bij elkaar als hij de extreem pittige kipstukjes probeert. Zow, ze weten hier in Punjab wel wat pittig eten is! Hij maakt meteen naam als degene die niet tegen pittig eten kan, onterecht eigenlijk, maar ja, niks aan te doen.

Na het eten kletsen we nog een tijdje over onze reis, hun werk en studie en leren we elkaar zo beter kennen. Avtar heeft samen met zijn vriend Sam, die in de woontoren hiernaast woont, een eigen callcenter waarbij ze voornamelijk Amerikanen ondersteunen met software problemen (via internet). Chelsea studeert journalistiek en media, heeft nu een paar weken vakantie en is bijna klaar met haar studie. We kletsen nog een tijdje met elkaar voordat we lekker in bed ploffen voor onze eerste nacht in India.

We hebben gemerkt dat we flink moe zijn na alle indrukken van de afgelopen weken en slapen dus lekker uit. Chelsea maakt voor ons een prima ontbijtje klaar en we hangen de rest van de middag een beetje op de bank, kletsend met elkaar en ondertussen knuffelen we met Casper. De broer van Avtar komt voor een vroege lunch ook nog langs met speciaal Indiaas brood dat zijn vrouw voor ons heeft gemaakt. We worden hier echt volgestopt met lekker eten, niets is te veel, we hebben net ons ontbijt achter de kiezen.

CasperChelsea komt uit Nagaland, een regio in het Noordoosten van India en Avtar uit Rajasthan, in het noodwesten. Ze zijn ruim twee jaar getrouwd, maar niet zoals bij veel andere huwelijken doordat hun familie dit heeft geregeld, maar omdat ze verliefd zijn geworden op elkaar. Mooi toch?! Dit was nogal wat, want Chelsea is een Christen en Avtar een Sikh (maar zonder dat hij de bekende Sikh tulband draagt en wél zijn haar knipt en baard scheert) en hun familie is niet bepaald enthousiast over de relatie, zijn moeder is ook niet naar de bruiloft gekomen bijvoorbeeld. Renee kon de verleiding niet weerstaan om te vragen om een paar trouwfoto’s te zien en kreeg daarna gelijk het fotoboek op haar schoot. De bruiloft was volgens de Sikh tradities en zoals vaak in India, droeg Chelsea een rode jurk. Leuk om te zien.

HaveliPoppenkast!Om 16.30 uur zetten Avtar en Sam ons en Chelsea af bij Haveli, waarna zij zelf doorrijden naar hun kantoor. Avtar en Sam werken voornamelijk ‘s nachts i.v.m. het tijdverschil tussen India en Amerika. Wij lopen samen met Chelsea door het soort van openluchtmuseum met allerlei traditioneel ingerichte gebouwtjes en Indiase gebruiken van elke regio. Je kan het zien als een soort Madurodam van India, een prima kennismaking met het land.

Het is wel best koud en dus nemen we na een tijdje plaats bij een kampvuurtje, terwijl we kijken naar allerlei Indiase dans en zangkunsten. Chelsea laat ons ook nog een paar typisch Indiase dingen proeven, waarvan we de moeilijke namen helaas niet meer weten. Best pittig, maar lekker! ProevenMet name de soort cracker bolletjes die via een een gat gevuld werden met aardappel, groente en een zout en pittig soepje, wat je vervolgens in 1x in je mond moet stoppen.

Voor het avondeten lopen we naar het bijbehorende restaurant, waar we aan een traditionele tafel (laag bij de grond) een groot rond dienblad krijgen met rijst en allerlei bijgerechten. De obers lopen continu rond om bij te vullen en verschillende broden te komen brengen. Lekker en divers.

Mentos freshnessTerwijl we wachten totdat we worden opgehaald, laat Chelsea ons ook nog de typisch Indiase mondverfrisser proberen. Driehoekjes van een eetbaar blad dat is gevuld met een mintachtige substantie en is versierd met bladzilver en een soort vruchtje. De vloeibare substantie moet je na een korte tijd uitspugen en daarna hoor je op het blad te blijven kauwen. Wij besluiten om alles in 1x uit te spugen, want de structuur en de smaak is echt niet ons ding. Wel leuk om een keer te proberen, want zoals het euit zag, zouden we dit zelf nooit hebben geprobeerd. Het leek eerder een stuk speelgoed dan iets eetbaars.

Even later stappen we in de auto bij de broer van Avtar en zijn zoontje. Het kleine jochie draagt zelf ook een kleine (Sikh) tulband en heeft net zijn eerste Engelse woordjes geleerd op school. Dat moet onderweg natuurlijk geoefend worden, maar eigenlijk is hij wat te verlegen om echt wat te zeggen. In het appartement drinken we samen met Chelsea nog een theetje en daarna duiken we lekker ons bed in.

De derde dag bij onze hosts starten we rustig op. Chelsea maakt weer een lekker ontbijtje voor ons klaar en bereidt ook een uitgebreide lunch voor Avtar om mee te nemen naar kantoor. Rond het middaguur zet Avtar ons af bij het busstation, waar we op de bus stappen naar Amritsar. De bus doet er veel langer over dan Chelsea dacht (bijna drie uur!) en dus komen we vrij laat pas aan in Amritsar. Had die taxichauffeur een paar dagen geleden toch echt een goed advies! Getest!

ParkChelsea onderhandelt over een fietstuktuk en daar kruipen we even later met z’n drieën in om naar het Jallianwala Bagh park te gaan. In dit park zijn in 1919 ruim 1500 Indiërs gedood/verwond doordat een Engelse officier zijn soldaten de opdracht had gegeven te schieten op de ongewapende protesterende mensen. KogelgatenWe zien de kogelgaten nog zitten en de put waarin vele mensen zijn gedoken om de kogels te ontwijken staat er ook nog. Chelsea schaamt zich voor de vele landgenoten die allemaal met op ons de foto willen en probeert hen dit ook regelmatig duidelijk te maken. We grappen met elkaar dat we inmiddels echt rijk zouden ze zijn als we een een paar Rupee zouden vragen voor elke foto die van ons werd gemaakt.

Golden temple, poor familyNa het park lopen we naar de bekendste en meest bezochtste bezienswaardigheid (ja, meer dan de Taj Mahal!) van India: Harmandir Sahib, waar de Gouden Sikh Tempel staat. Daar aangekomen leveren we onze schoenen en sokken in, wassen onze voeten en bedekken ons met de meegebrachte hoofddoeken. Hier worden ook mannen geacht hun hoofd te bedekken en dat staat Stefan verrassend goed. We hebben wel binnen no time ijskoude voeten, want ook vandaag is het erg fris buiten. Het is hier nu winter en in het noorden betekent dit vaak koude en mistige dagen.

Heilig water, heilige omgeving, heilige tempelHet complex is helemaal bedekt met wit marmer en midden in het meer “drijft” de indrukwekkende gouden tempel. Elke ochtend wordt het heilige Sikh boek van zijn slaapplaats naar de gouden tempel gebracht en ‘s avonds weer terug. We kijken toe terwijl een hoop Sikhs een heilig bad nemen, sommige kinderen huilend meegeleept door hun moeders. Het is echt koud, dus we snappen wel dat de kinderen hier niet zoveel zin in hebben. Het water wordt ook gedronken door mensen, terwijl dit echt niet de schoonste plek is. Wel mooi om te zien zoals iedereen zich volledig overgeeft en er hangt ook echt een bijzonder sfeertje. Wij kijken ook onze ogen uit naar alle mooi gekleurde tulbanden van de Sikhs die hier rondlopen.

Omdat de rij om de heilige tempel binnen te mogen erg lang is, besluiten we de wachttijd die toch zo’n twee uur minimaal zal zijn, beter te gebruiken. Chelsea koopt nog wel mede namens Avtar en zijn broer een offer, een mandje vol met eten. Dit levert ze vervolgens in bij één van de vele vrijwilligers die hier werken. Dit eten wordt gebruikt om de 60.000 tot 80.000 pilgrims te voeden die hier elke dag naar toe komen om te bidden. Je kan hier als toerist ook gratis eten, al wordt een donatie of hulp bij de afwas wel gewaardeerd.

Blessed ladyDaarna lopen Chelsea en Renee naar de plek om de blessing in de vorm van een bolletje eten (het heeft iets weg van dikke brinta) aan te nemen. Renee is wel blij dat Chelsea haar eraan herinnert om dit met haar rechter hand aan te pakken, aangezien de linker onhygiënisch is en als een belediging wordt gezien (je kan wellicht wel raden wat Indiërs met deze hand doen?).

Met de politie op je hielenAls we dit alles hebben gezien, halen we onze schoenen op en lopen naar buiten. Niet alleen bij de tempel, maar ook erbuiten worden we regelmatig aangesproken om op de foto te gaan, zelfs door een politieagent. Dit is een foto die wij ook wel graag willen hebben en dus gaan we akkoord. Hij doet zelfs zijn warme jas uit, zodat we zijn uniform mee op de foto kunnen zetten. Het grappige is dat hij zelf helemaal geen foto hoeft en Stefan bovendien volkomen negeert. Dit is wel even wennen voor Renee, want in Iran en Pakistan was dit vaak andersom.

Aangezien de blessingpap niet echt lekker was en bovendien maar erg weinig, hebben we inmiddels een beetje honger. Alles in de omgeving is i.v.m. de Sikhtraditie Vegetarisch en we laten ons verleiden om iets te bestellen bij de Subway. We kiezen uiteindelijk voor een Paneer Tikka broodje, wat een soort bruingebakken witte kaas is. Wel grappig om te zien hoeveel verschillende vegetarische boordjes ze kunnen bedenken en het smaakt eigenlijk ook gewoon prima!

Omdat er volop dingen te zien zijn, gaan we deze keer te voet naar het busstation. Het is wel even zoeken, omdat het inmiddels ook donker geworden is. Bij het busstation hebben we geluk dat we meteen op de bus kunnen stappen en dat we ook nog één van de laatste plekken hebben kunnen bemachtigen. De bus is even later namelijk propvol en bovendien de enige bus die gaat i.v.m. een soort protest in de stad waar veel materiaal voor is ingezet.

DansSam en zijn huiskamer-pooltafel.Bij het busstation in Jalandhar staat Avtar weer op ons te wachten en we gaan meteen door naar de verjaardag van Sam. Hij woont samen met zijn vriendin Janet in het gebouw direct naast Avtar en Chelsea. Ondanks dat we ons van te voren flink zorgen maakten over deze avond, je bent toch een beetje een buitenbeentje op een verjaardagsfeestje waar je niemand kent, is het een supergezellige avond geworden met een hoop gelach, lekker Indiaas eten gemaakt door de familie, potjes Pool, drank, muziek en dans.

De volgende dag twijfelen we een beetje wat handig is. Onze hosts hebben aangeboden om Kerst bij hun te vieren en daarna samen een paar dagen naar Rajasthan te gaan. Het plan wordt echter niet echt concreet en dus wachten wij het even af. Hier in de omgeving is niet veel te doen en bovendien rijden er in de buurt van het appartement geen bussen of tuktuks. Als we hier blijven zijn we dus geheel afhankelijk van Avtar en Chelsea en we willen ze niet teveel belasten met onze aanwezigheid. Dus relaxen we vandaag een beetje in huis, lezen over wat we verder nog meer willen doen in India en hopen dat onze verkoudheid snel over gaat. Ergens vandaag gaan we een knoop doorhakken over dit dilemma.

Hangdag in andermans huis‘s Avonds besluiten wij uiteindelijk om niet langer te blijven en een busticket te boeken naar Delhi voor de volgende ochtend. Chelsea en Avtar geven aan ons daar over een paar dagen dan weer te zien, omdat ze daar zullen zijn voor een bruiloft, en wij zijn daar dan ook welkom. Het blijkt heel normaal te zijn om eigen gasten mee te brengen naar een bruiloft in India en het lijkt ons wel leuk om dit mee te maken. Dus boeken we in overleg met hun (ivm vervoer naar het busstation) de laatste twee stoelen in de 06.00 uur bus. Dit bleek wel iets moeilijker dan gedeacht, want we moesten een Indiaas telefoonnummer opgeven om de tickets naar toe te smsen. Chelsea is de deur uit en Avtar is naar kantoor, wat nu? Uiteindelijk geven we zonder te overleggen het nummer van Avtar op, dat zal vast wel goed komen.

Chelsea en Avtar gaan laat in de avond met Sam en Janet naar een Indiase film en wij besluiten om vanavond thuis te blijven om onze tassen te (her)pakken en nog een paar uurtjes slaap te hebben voordat we vertrekken.

Om 05.00 uur gaat de wekker en Chelsea maakt een eenvoudig ontbijt voor ons klaar en pakt wat dingen in voor onderweg. We vertrekken net wat te laat en haasten ons dus naar het busstation. De bus staat al klaar als Avtar met zijn telefoon en de sms-bevestiging wel erg lang bezig is in het kantoortje op een geprint ticket te krijgen voor ons om mee te nemen. Uiteindelijk is het hem gelukt, gooien we onze tassen onderin de bus, zeggen we gedag tegen onze gastvrije hosts en gaan we op weg naar Delhi. In ons volgende stukje lezen jullie over onze host in Delhi, waar we kerst gevierd hebben.

Lahore, Pakistaans Punjab, pittig gebied

Deze zondag gaan we, voor het eerst in Pakistan, zelfstandig verder naar de volgende plaats. Maar eerst eten we ons ontbijtje, pakken we onze laatste spullen en zeggen we iedereen gedag. We hebben van tevoren geen Lonely Planet reisgids voor Pakistan kunnen bemachtigen, aangezien deze sinds 2007 al niet meer wordt gedrukt. Daarom hebben we gisteravond al even op het Lonely Planet forum gekeken wat de overnachtingstips zijn van mensen die recent in Lahore, onze volgende bestemming, zijn geweest. Altijd handig om te weten wat de leuke plekken zijn!

Gare taxiDe receptieman heeft een taxi voor ons geregeld en we proppen onze tassen en onszelf in het gammele gebakje om naar de bushalte te rijden. Tjonge, dit is best een verschil met de luxe Toyota van de afgelopen dagen! Maar zijn toeter werkt nog prima en dus komen we na een half uur veilig aan bij het Deawoo-busstation om ons ticket te kopen. Voor een paar Rupie kunnen we direct mee met een bus die op het punt staat om te vertrekken. We zitten wel helemaal achterin, maar het extra gehobbel overleven we wel voor die paar uur.

BusreisDe busreis van Islamabad naar Lahore bevalt prima, er blijkt zelfs wifi aan boord van de bus! Na het uitstappen kijken we om ons heen hoe we het beste naar het Lahore Backpackers hostel kunnen gaan. Het is al bijna donker aan het worden en dus kiezen we lekker makkelijk voor een prepaid-taxi van de busmaatschappij. Iets duurder, maar wel zo gemakkelijk en comfortabel.

Net als de taxichauffeurs in de rest van de wereld, haalt hij zijn trucendoos tevoorschijn en beweert dat we er op een gegeven moment zijn. De man van dit hostel is inmiddels naar buiten komen lopen, zegt dat we hier goed zijn en dat hij hele mooie kamers heeft. Hij legt het er allemaal wat dik bovenop en wil bovendien onze tas al meepakken, dat truukje kennen we! Renee ziet toch echt een andere naam op het gebouw staan, dus no way dat we hier uitstappen. We willen naar Lahore Backpackershostel meneertje! Oh ok sorry Mr, mistake, zegt hij tegen Stefan. Tuurlijk :) Nog geen minuut later staan we in de volgende zijstraat alsnog voor het juiste hostel. Maar hij kan nu fluiten naar z’n fooi.

Lahore landingWe klimmen de trappen omhoog en worden direct vriendelijk en netjes welkom geheten door Sajjad en hij zegt ons dat we mogen gaan zitten. We kijken wel even verbaasd op als er daarna direct een foto en filmcamera op ons wordt gericht door een stel Aziaten. Blijkbaar zijn we interessant? We laten het maar gebeuren en begrijpen na een tijdje dat dit groepje Singapoorezen in Pakistan is om hun afstudeeropdracht te maken; een interactieve documentaire die de andere kant van Pakistan belicht. Toerisme is natuurlijk zo’n andere kant en als we zijn ingecheckt vragen ze eigenlijk pas of we akkoord willen gaan met het filmen en of we bereid zijn om een waiver te tekenen. Normaal zijn we hier niet zo van, maar we maken deze keer een uitzondering. We zijn benieuwd of we uiteindelijk ook echt te zien zullen zijn in hun film. Over een paar maanden zien we het vanzelf.

Pizzahut‘s Avonds lopen we naar de hoek van de straat, want vooral Stefan heeft erg veel zin in westers eten, in de vorm van pizza van de Pizzahut bijvoorbeeld. Renee vindt dit overigens ook niet erg hoor. 😉 Na dit prima diner lopen we nog even de “supermarkt” binnen voor wat versnaperingen en drankjes voor in het hostel, want Sajjad serveert alleen thee. Daarna kletsen we een tijdje met de drie andere toeristen in het hostel, voordat we een tukje gaan doen. Morgen is er weer een dag.

ProtestenDeze nieuwe dag ziet er wel heel anders uit dan de anderen. Vandaag vinden er in de hele stad protesten plaats georganiseerd door de PTI (Pakistan Tehreek-e-Insaf) en toeristen worden geadviseerd om binnen te blijven. De PTI is opgericht door de beroemde oud cricket captain Imran Khan en ons wordt verteld dat ze vragen om vervroegde verkiezingen, omdat de verkiezingen vorig jaar ‘rigged’ zouden zijn. Imran Khan belooft de corrupties in het land aan willen pakken. Vanaf het dakterras van ons hostel kunnen we één van de hoofdpleinen goed zien. Ze hebben alle wegen afgesloten met hekken, zijn banden en afval aan het verbranden en spelen urenlang hetzelfde lied, op maximaal volume.

Journalisten en camerawagens overalOpzich zien de protesten er geweldloos uit, maar we hebben daar niets te zoeken als toerist en ook niet de behoefte om onderdeel te zij van zo’n grote menigte. Je hoeft maar één persoon te treffen die zin heeft om moeilijk te doen en je kunt in grote problemen komen. Rondhangend in het hostel kletsen we gezellig met de andere toeristen en leren we van alles over de PTI. Zo is de leider onderweg van Islamabad naar Lahore om een speech te geven, maar wordt de ontangsttijd steeds opgeschoven doordat hij wordt opgehouden. Op het nieuws worden de hele dag allerlei beelden getoond, gemaakt door journalisten op straat of rondvliegende drones. Ook het kruispunt dat we zelf op de foto kunnen zetten komt regelmatig voorbij.

Omdat ook bijna alle winkels dicht zijn, vragen we ons af hoe we vandaag iets fatsoenlijks te eten gaan krijgen. Voor de lunch glipt Renee even naar buiten naar een kraampje twee meter van het hostel, dat duidelijk alleen open is voor de protestgangers. Ze koopt hier een paar koekjes en wat te drinken. Voor het avondeten biedt Sajjad aan om met Stefan op zijn brommertje via een omweg langs de barricades te rijden, zodat ze bij een grote winkel waarvan hij weet dat het wel open is ingrediënten kunnen kopen voor een Pakistaanse variant van spaghetti met saus.

We hebben wel besloten om dit niet te vaak meer te doen, want voor dit geld kunnen we ook drie keer uit eten in een plaatselijk tentje. Raar eigenlijk dat je veel meer betaalt voor supermarkt voedsel én dat je het dan ook nog eens zelf moet maken. Dit laatste vinden we nu niet zo erg, aangezien we tijd zat hebben en het al een hele tijd geleden is dat Stefan zelf in de keuken heeft gestaan.

AvondgroepjeDe dag ging verrassend snel voorbij, ook door de gezelligheid met de andere toeristen, waaronder Mirza uit Zwitserserland. Hij heeft echte hippieouders en heeft als kind flink wat jaren in een klein dorpje in Pakistan gewoond. Sindsdien is hij al een paar keer terug geweest, waaronder één keer samen met zijn ex toen ze nog voor 11 september 2001 samen een overland trip hebben gemaakt van Europa naar India. Toen was het allemaal een stuk eenvoudiger. Ook besteden we tijd aan het updaten van ons weblog en het maken van een Coachsurfing profiel. We hebben hier goede ervaringen over gehoord van andere reizigers en willen dit in India wel eens uit gaan proberen.

Richting oude centrumRommelNadat we de volgende ochtend rustig zijn opgestart, lopen we via allerlei smalle straatjes naar het oude centrum. Tsjonge, wat een drukte en een hoop indrukken! We worstelen ons letterlijk door de toeterende brommertjes en tuktuks heen en kijken naar alles wat er om ons heen gebeurt. Bij een bakkertje in de oude stad kopen we twee Pakistaanse broden met sesam en deze worden terwijl we wachten vers bereidt.

Mijn rode brommerRommelOpvallend is dat er ook een klein meisje in de rij staat die duidelijk nog niet zo lang loopt en echt nog geen twee kan zijn. Ze betaalt voor een paar broden, pakt het zakje aan en loopt daarna alleen weg, een zijstraatje in. Hier leren ze dus al op erg jonge leeftijd zelfstandig dit soort dingen te doen, maar Renee kan zich niet goed voorstellen dat haar oudste neefje, die ongeveer net zo oud moet zijn als dit Pakistaanse meisje, dit ook zou doen.

Kleding kleurenParkjeNa een tijdje vinden we in een parkje bij de bekende Food street en het fort een plek waar we kunnen zitten om ons brood op te eten. Er komen twee jonge mannen naar ons toe die ons aanspreken, maar we krijgen niet uitgevogeld wat ze bedoelen. Dat Urdu en dat Engels is soms best ingewikkeld voor beide partijen! Wij geven het na een tijdje op en hopen dat we dan even rustig onze lunch op kunnen eten, maar daar denken zij anders over. Toekijken terwijl een paar toeristen hun brood aan het eten zijn, is blijkbaar een leuke bezigheid en in tegenstelling tot ons, voelen ze zich hier helemaal niet ongemakkelijk bij. Nou ja, veel plezier dan maar! Stefan houdt onze dagtas maar extra goed vast, terwijl met zijn andere hand probeerd om zijn brood te eten.

Renee leest boekTwee toegangsbewijzenAls we ons brood op hebben zijn we het zat, het zit echt niet lekker relaxed als er twee mannen zo naast je staan en continu naar je staren. We zeggen gedag en lopen om de muren van het fort heen, op zoek naar de ingang. Halfrond zien wel een poort met gat in de deur, maar niet iets wat op een ingang of ticketoffice lijkt. We kruipen naar binnen en blijken toch op de goede plek te zijn. Zoals we al hebben gelezen op internet, betalen toeristen voor dit fort tig malen meer dan de locals en even later staan we dus met zo’n 50 locale toegangstickets in onze hand (ze hebben wel een aparte prijs, maar geen apart toerstenticket), in het fort.

Nadat we eerst een bewaker hebben afgepoeierd die ons voor flink wat Rupies in een “speciaal” deel binnen wilde laten, laten we ons toch verleiden door een échte gids voor een rondleiding. Het hielp wel dat Renee vol bleef houden geen interesse te hebben (en verder liep) en Stefan dit als excuus gebruikte om de beste man flink te laten zakken met zijn prijs. Uiteindelijk een goede keuze om hem wel wát te betalen, want dit maakte het fort een stuk interessanter!

ReneeIn het fortIn het fort zijn we de enige Westerse toeristen en worden we natuurlijk weer erg vaak aangesproken om op de foto te gaan. We gaan hier een paar keer netjes in mee, maar gebruiken ook een aantal keer onze gids die in Urdi aangeeft dat we daar nu geen tijd voor hebben. Na de rondleiding lopen we nog even een stuk terug het fort in om naar de mooie zonsondergang te kunnen kijken, met uitzicht op de moskee hiernaast.

The man with the gunMoskeeAls het bijna donker is, besluiten we ook nog de moskee zelf in te lopen. Apart is wel dat iedereen uitgebreid gefouilleerd wordt, maar dat ze ons overslaan. Waarschijnlijk vinden ze het onwaarschijnlijk dat we hier zijn om hun op te blazen? :) Er lopen ook een hoop bewakers met grote geweren rond, maar onveilig voelen we ons niet. Stefan mag zelf met één van hun op de foto en de beste man vindt het duidelijk een eer dat we dat we hem hiervoor hebben uitgekozen.

MoskeeOp de binnenplaats van de moskee komen we opnieuw een kerel tegen die in het fort ook al met ons op de foto was gegaan. Hij heeft intussen zelfs twee foto’s uit laten printen (wow, dat heeft hij snel geregeld!) en laat ze aan ons zien. Een beetje apart is dit wel, zeker omdat het twee foto’s zijn van hem met Renee alleen, met een vriendschappelijk handschutgebaar. De foto’s waar Stefan ook op staat waren het printen niet waard blijkbaar. We zijn benieuwd wat hij hier mee gaat doen en vinden het wel een beetje creepy. Voor de zekerheid maken we hem opnieuw duidelijk dat we een getrouwd stel zijn en dat het een “love marriage” is, niet een “arranged”. Hij wil erg graag weten of we niet iemand kennen (zussen/vriendinnen) aan wie we hem voor kunnen stellen.

Stefan met PakistaniWe vinden het gesprek wel lollig en laten ons overhalen om buiten bij de moskee samen een kopje thee te gaan drinken. Als hij na 10 minuten even op staat om te vragen waar de thee blijft, vragen twee vriendelijke jongemannen die aan een tafeltje naast ons zitten, of ze erbij mogen komen zitten. Ze hebben de man o.a. zijn excuses horen maken voor de vele arme mensen in Pakistan en willen graag iets recht zetten. We zijn wel benieuwd naar wat ze willen en dus stemmen we in.

Wat volgt is een interessante discussie tussen de drie mannen, over dat niet alles zo zwart/wit is, dat de man ons geen onzin moet verkopen, etc. Een goed voorbeeld is dat het voor Westerse toeristen kan lijken alsof de mensen hier arm en ongelukkig zijn, maar dat dit vaak helemaal niet zo is. Dat mensen bewust kiezen om te leven zoals ze leven, dat het hun cultuur is om bijvoorbeeld op de grond te zitten ipv op een dure stoel en dat niet iedereen in het land arm en zielig is. Wij geven aan dat we al een hoop hebben gezien, onze eigen conclusies trekken en deze niet baseren op één verhaal.

Woeste manInmiddels is het al donker en de thee is op: we willen wel weer verder. Bovendien is Renee de man van de foto’s een beetje zat (voelt toch niet helemaal ok) en dus lopen we naar buiten op zoek naar een tuktuk. We rijden de drukke avondspits in en het duurt dus nog wel even voordat we terug zijn in het hostel. Stefan maakt een paar foto’s vanuit de tuktuk, waaronder één van een man met zijn vrouw en kinderen achterin een andere tuktuk. Dat had hij beter niet kunnen doen, want de man flipt helemaal als hij de fotocamera ziet. Hij zet zijn kind aan de kant, stapt uit en komt met gebalde vuisten naar ons toe lopen, doet de deur van de tuktuk open en pakt Stefan beet. Ondertussen heeft Stefan de camera gelukkig weggemoffeld en beide handen vrij om zich zo nodig te verdedigen. Ook veel andere mensen opgemerkt dat er iets aan de hand is.

Binnen no-time staat er een hele groep mannen om ons heen, in verhitte discussie met Stefan. Sommige aggressief, anderen juist om ons te verdedigen tegen de boze familie. Stefan vertelt dat hij nog geen foto had gemaakt, wat aannemelijk te maken is omdat hij geen flits gebruikte. Hij is ook echt niet van plan om de camera af te geven (die krijgen we dan vast niet meer terug), bovendien zit de camera inmiddels diep in Renee d’r broekzak en ze hebben gelukkig genoeg respect om van de vrouw af te blijven. Renee zit ondertussen met kloppend hart en grote ogen naar de hele happening te kijken en is blij dat niet zij maar Stefan deze keer zoiets stoms deed. Je moet altijd vragen aan de man of je een vrouw op de foto mag zetten of zorgen dat je niet wordt gezien.

Één van de andere passagiers uit de gedeelde tuktuk van de familie weet alles te bedaren, komt zelfs nog sorry zeggen bij ons (uhm, nou voelen we ons helemaal schuldig!) en zorgt er daarna voor dat iedereen weer instapt en verder gaat. We krijgen nog wel een paar keer boze blikken van de man, aangezien het door de drukte nog steeds niet echt doorrijdt, maar hij blijft wel op z’n gat zitten. Renee kan pas opgelucht ademhalen als wij na een tijdje een andere kant opgaan op een kruispunt. Aangekomen bij het hostel besluiten we om onze chauffeur een paar Rupee extra te geven voor het oponthoud en al het gedoe. Hij is er erg blij mee en we lopen snel ons hostel binnen om de gemaakte foto te bekijken. Nog best aardig gelukt, maar we hebben ons lesje wel geleerd :)

In het hostel hangt een aparte sfeer en is iedereen tv aan het kijken. We vragen wat er aan de hand is en het blijkt dat er vandaag een aanslag is gepleegd op een school in Peshawar (zo’n 500 km bij ons vandaan) en dat er ruim 100 doden zijn gevallen, voornamelijk kinderen. Normaal zijn dit “ver van je bed show verhalen”, maar nu ben je opeens in het land waar zoiets gebeurt. De dagen die volgen wordt er nog veel over gepraat en dit verandert ook onze kijk op dingen. De Pakistaanse bevolking is er kapot van en schaamt zich duidelijk voor deze groep terroristen.

Eerder zagen we hen misschien als één groep mensen die het niet met elkaar eens waren, maar nu zien we in dat het overgrote deel van de Pakistaanse bevolking nette, eerlijke, aardige en “normale” moslims zijn, die helemaal niet te vergelijken zijn met deze terroristen. Ze verafschuwen geweld en kunnen maar niet begrijpen dat deze groep mensen dit uit naam van Allah doen. Een gegeven wat lastig uit te leggen is aan de rest van de wereld, want het land heeft nou eenmaal een hele slechte reputatie en ze hebben niet altijd de goede keuzes gemaakt.

Eten met SajjadNog een beetje aangeslagen vragen we aan Sajjad welk lokale restaurant hij ons aan kan raden en hij biedt aan om ons en zijn oom mee te nemen naar zijn favoriete plek. Zijn collega let ondertussen wel op het hostel. Na 10 minuten lopen, komen we aan bij het restaurant en we laten Sajjad de bestelling doen. Hij weet wat hier goed is, dus kom maar op! De kip en lamskebab met brood en salade is inderdaad erg lekker! Wel rete spicy, dus we zijn blij dat we ook snel ons drinken krijgen.

Het Pakistaanse en Indiase Punjab staat bekend om zijn pittige eten en dat kunnen we merken! Veel toeristen worden hier ook ziek, waarschijnlijk omdat hun maag de grote verandering niet aan kan. We hopen dat we inmiddels genoeg weerstand en “ervaring” hebben opgebouwd om hier tegen te kunnen, maar dat gaan we vanzelf merken. We hebben in ieder geval een heerlijke maaltijd op.

Die avond gaan we pas laat naar bed doordat we lang op het dakterras zijn blijven praten met de andere gasten. Zo vertellen een Zweed en Sri-Lankaan die al jaren in Zwitserland woont dat ze hier zijn om ruwe stenen te kopen. Deze kopen ze om ze vervolgens thuis te laten slijpen en te verkopen aan juweliers e.d. Een apart wereldje waarvan we ons afvragen hoeveel hiervan legaal is.

Het is al best laat als we de volgende ochtend opstaan. Sajjad heeft gisteravond beloofd om gratis Pakistaans ontbijt voor ons te regelen omdat hij het zo leuk vond met ons. Nou vooruit dan maar :) Hij stuurt een mannetje naar beneden en even later komt hij met een in kranten ingepakt pakketje aanlopen. Het blijkt een mierzoete maar erg lekkere dubbelgevouwen paratha te zijn, wat een beetje lijkt op een gekaramaliseerde pannenkoek. We bedanken hem voor het lekkere ontbijt en lopen daarna met Zwitser Mirza naar een ATM. We hebben net te weinig Rupees gepint voor onze laatste dagen in Pakistan, maar hebben tot nu toe in Lahore nog geen werkende pinatomaat kunnen vinden. Ook degene die bij Mirza netjes Rupees uitspuugd, werkt voor ons met geen enkele pinpas. Wat irritant!

Attractie in de dierentuinAttractie in de dierentuinWe besluiten om nog een tijdje verder te zoeken en te proberen, maar zonder succes. Eerst maar eens naar de dierentuin en dan proberen we het vanmiddag wel aan de andere kant van het hostel. De dierentuin kunnen we nog makkelijk betalen, want zelfs voor toeristen kost dit maar € 0,10 per persoon. De andere mensen hadden weinig aandacht voor de dieren, maar des te meer voor ons. We kregen zelfs regelmatig kinderen in onze handen gedrukt en staan op vele foto’s die die dag zijn gemaakt. We hebben nu een idee hoe de dieren zich hier moeten voelen :)

Op de terugweg proberen we nog een aantal ATM’s (grrr), maar vinden daarna gelukkig een soort Western Union kantoortje die een paar van onze Dollars om wil wisselen voor Rupees. Het is vandaag fris en dus hangen we vanaf het eind van de middag een beetje in het hostel, naast een gaskachel en chatten we met een Coachsurfing host uit India voor een mogelijk logeeradres.

Restaurant‘s Avonds lopen we deze keer met z’n tweeën naar hetzelfde restaurant als gisteren. Daar bestelt Renee een beefschotel en Stefan een hamburger en soort shoarmarol, welke ook weer erg lekker zijn. De eigenaars en obers vinden het erg leuk dat we hier weer terug zijn, vooral ook omdat er verder alleen maar locals zitten. Het is wel grappig dat ze Stefan om bevestiging vragen als Renee cola bestelt. Ze zijn hier niet zo gewend dat een vrouw dit doet en dat wisten we eigenlijk ook wel. Als we terug komen in het hostel, kijken we nog lekker een serie onder onze warme deken en daarna gaan we slapen.

De volgende dag worden we wéér laat wakker, we snappen er geen klap van! Na een lekkere douche, worden we wederom verrast door Sajjad met een Pakistaans ontbijt. Deze is het voor ons al bekende brood met kikkererwtenprutje. Daarna overleggen we een tijdje en regelt Sajjad voor ons een tuktuk die ons vanmiddag naar de Pakistaanse-Indiase grens kan brengen. Terwijl we hier op wachten, schrijven we een stukje voor ons weblog.

Als de tuktuk er op de afgesproken tijd nog niet is, worden we wel een beetje zenuwachtig. Wij waren liever iets eerder gegaan, maar Sajjad had ons verzekerd dat we het makkelijk zouden redden. Het verkeer zit echter een beetje tegen en dus stappen we ruim 15 minuten later dan gepland pas in de tuktuk. De chauffeur wil de verloren tijd duidelijk goedmaken en zoekt alle mogelijke gaatjes op om sneller op de plaats van bestemming te komen. Op de “snelweg” geeft hij ook flink gas bij en zijn we blij dat onze warme kleding ons een beetje beschermd tegen de snijdend koude wind.

Een paar weken geleden is er aan de Pakistaanse kant van deze grens, op het parkeerterrein, een bomaanslag geweest waarbij tientallen mensen zijn omgekomen. Dit heeft er voor gezorgd dat er niet alleen aan de grens, maar ook onderweg nu extra veel controles zijn. Zo moeten we bij de eerste controle onze paspoorten laten zien en wil Stefan deze braaf uit zijn jaszak pakken. Er zit echter stof tussen de rist en dus krijgt hij die niet open. Na 5 minuten proberen, lachende blikken van de bewakers, frusterende woorden van onze kant en een erg ongeduldige chauffeur (dadelijk zijn we alsnog te laat!), is de chauffeur het zat en komnt hij Stefan helpen.

Dit helpen bestaat echter uit het kapot trekken van de rits (godver!), maar daarna kunnen we wel verder. We besluiten om geen gedoe te maken van het slopen van deze dure jas, het is niet anders. De volgende controles komen we een stuk makkelijker door en na een tijdje staan we bij de betreffende parkeerplaats, waar de chauffeur zijn tuktuk moet parkeren. Hij maakt ons duidelijk dat we op moeten schieten en dus rennen we de laatste 800 meter richting de poort. Stefan is blij dat hij zijn hardloopschoenen aan heeft.

ceremonieWe zijn nog op tijd en hadden achteraf gezien helemaal niet hoeven rennen. We nemen plaats op de tribune om de grensceremonie te kunnen bekijken. Pakistan is opgericht op 14 augustus 1947 en India is een dag later zelfstandig geworden (los van de Britten). Er hebben al een hoop oorlogen plaats gevonden tussen het Islamitische Pakistan en het Hindoestaande India en nog steeds zijn het verre van vrienden. Zo wilden ze bij onze visumaanvraag voor India bijvoorbeeld weten of we voorouders hebben uit Pakistan (dan kom je het land namelijk niet in) en is het Kashmir conflict na bijna 70 jaar nog steeds actueel, waardoor de grenzen in deze regio bijvoorbeeld gestippelt op Google maps staan.

OphefGetoeterTijdens de ceremonie wordt nog maar eens duidelijk gemaakt dat er twee kanten zijn en wordt de grens met veel ophef, geschreeuw, gestamp, getoeter en het neerhalen van vlaggen gesloten. Het klinkt saaier dan dat het is, maar het is lastig te omschrijven wat dit spektakel precies inhoudt. Aan beide kanten van de grens lopen mannen in uniform (de ene in Pakistaanse outfit en de andere natuurlijk in Indiase) stampend naar elkaar toe, om vervolgens zo imponerend mogelijk te kijken en staan. Dit terwijl aan beide kanten tribunes zijn gevuld met mensen, juichend en met vlaggentjes zwaaiend voor hun land.

ReneeZoals op elke dag zit de tribune van India propvol met ruim 1500 mensen uit india en een hoop toeristen. En aan de kant van Pakistan slechts zo’n 100 man, inclusief toeristen (wij tellen er 5, ons inclusief). Wij hebben om die reden en omdat we het wel leuk vinden om voor de underdog te zijn, gekozen voor de Pakistaanse kant en zijn daar na vandaag extra blij mee. Wat een drukte aan de andere kant van het hek!

Na de ceremonie gaat Renee nog op de foto met de ceremoniemannen en één van de “publiek-opjutters”, voordat we naar de parkeerplaats lopen. Daar is helemaal niets meer te zien van de bomaanslag die hier kort geleden heeft plaatsgevonden en dat is eigenlijk maar goed ook. We stappen weer in dezelfde tuktuk om terug te gaan naar het hostel. Het is wel duidelijk dat de chauffeur nu geen haast heeft, want hij rijdt een stuk rustiger, gelukkig, want met de schermering, komt ook de kou! Vanavond gaan we wederom naar het inmiddels bekende restaurant, maar deze keer nemen we twee van de Singaporezen mee die we eerder hebben ontmoet i.v.m. hun documentaire. We bestellen samen de kip en kebab die zo lekker is en daarna wachten we in het hostel totdat we worden opgehaald voor ons avondprogramma.

Suffe nachtSamen met nog twee anderen toeristen gaan we namelijk naar de Sufi night, wat elke donderdagavond plaatsvindt in Lahore. We weten niet zo heel goed wat het precies is, behalve dat het iets met muziek, trommels en dansen is en dat je dit volgens veel mensen een keer gezien moet hebben. Dus worden we met z’n 8en in een busje gepropt en staan we even later tussen een grote menigte mannen te wachten totdat we naar binnen mogen.

VrouwenkooiWe moeten onze schoenen uitdoen en plaatsnemen op de grond. Renee en de andere vrouwen uit het groepje worden echter verzocht om ergens anders plaats te nemen, maar wij willen graag bij elkaar blijven. We vinden het wel zo leuk om deze ervaring samen te delen, maar hier lijkt de rest het niet mee eens te zijn. Stefan heeft hier schijt aan en loopt gewoon met de vrouwen mee, naar de speciale en “safer place”. Dit blijkt een soort hok te zijn met tralies, waar de vrouwen rustig kunnen zitten, maar wat meer weg heeft van een gevangeniscel. We komen er even later achter dat dit een soort offerplaats is met een grafsteen en dat er geen enkele Pakistaanse vrouw te bekennen is op Sufi night.

Deze Sufi night is een ding apart. De mensen raken door het tromgeroffel van verschillende Sufi bands en de drugs die ze openlijk gebruiken in een soort trance wat zich uit in een soort hoofddans en rondgehuppel. Wel leuk om even te zien, maar het is duidelijk niets voor ons. We zijn dan ook blij als we zo’n 1,5 uur later weer terug kunnen naar ons hostel en lekker ons bedje in duiken. We beginnen alvast met duimen dat we morgen zonder problemen de grens tussen Pakistan en India over mogen, want we weten nog goed dat we in Dubai flink discussie hebben moeten voeren om überhaupt naar Pakistan te mogen gaan. Zij waren er van overtuigd dat ze ons nooit de grens over laten zouden gaan bij Wagah. We gaan het zien!

Skardu-stad en de terugreis naar Islamabad

Bak drinkwaterWe worden wederom opgehaald door Fareed en Kamal, maar deze keer blijven we dichter bij huis (uh hotel). Vandaag staat de stad Skardu op de planning, waar we al 3 nachten slapen. Als eerste rijden we naar de plek waar de stroom voor Skardu wordt opgewekt: een stuwmeer aan de rand van de stad. We pakken onze handschoenen, muts en sjaal erbij en lopen, over privé terrein, naar het rand van het meer. Daar treffen we, op de voorgrond van een prachtig uitzicht, de overblijfselen van een hotel aan en ontmoeten we even later ook de eigenaar van deze verzopen ruïne.

Nothing wrong with my EnglishHij heeft ter compensatie voor het vorige hotel aan de waterkant en zijn privé eilandje in het midden van het originele meer flink wat geld gevangen van de regering toen ze de stuwdam bouwden. Met dit geld heeft hij een huis gekocht in Islamabad (om te verhuren) en een nieuw hotel met restaurant gebouwd wat verder van de waterkant. Hij nodigt ons daar uit om een kopje thee te komen drinken. Wij nemen de thee graag aan, want het is vandaag erg koud! Zijn restaurant heeft ook geen verwarming, maar met een plekje in de zon, achter glas, is het hier wel goed vertoeven.

In de zomer schijnt het hier flink druk te zijn, maar nu zijn we de enige gasten. De hotelbaas vertelt nog dat het hem de laatste tijd flink tegen zit. Vanaf dit jaar is het niet meer toegestaan om rioolwater in het meer te lozen of zijn vele boten / waterfietsen te verhuren, omdat het stuwmeer naast bron voor elektra ook gebruikt wordt als drinkwater en het meer teveel vervuild werd.

Klimmen als betalingBhuddaAls we na een kort autoritje weer stoppen, is het gelukkig iets warmer geworden. We lopen een stuk de berg op, tot bij Buddha Rock. En staan dan natuurlijk weer voor een gesloten deur. Maar ook hier laat Kamal zich niet tegenhouden en we klimmen door twee achtertuinen om even later aan de achterkant over de muur te kunnen klimmen. En dan staan we daar, tegenover de gigantische en eeuwenoude steen met allerlei buddha afbeeldingen, best indrukwekkend. We maken hier wat foto’s en klimmen/lopen dan terug naar de auto.

K2 museumDe laatste stop met Kamal is bij het K2 museum dat door Italianen is opgericht, omdat zij met het eerste team de top van de berg hebben bereikt. Als we wéér voor een dichte poort staan belt Kamal om te dubbelchecken of het museum wel open is, want het lijkt er verdacht veel op dat dit niet het geval is. Na een tijdje wachten, komt er inderdaad iemand aanlopen om ons naar binnen te laten en alle lampen aan te doen.

BasecampHet museum is gevestigd in een basekamp-tent en er hangen allerlei foto’s van de planten en dieren die in deze regio voorkomen. Op zich best interessant, maar wat vooral onze aandacht trekt zijn de foto’s van oude en recente expedities. Dit jaar gaan ze opnieuw een poging doen om in de winter de K2 te beklimmen, iets wat nog nooit eerder is gelukt door de hoeveelheid sneeuw, ijs en de kou.

Kharphocho FortNa het museum worden wij afgedropt aan de voet van de berg met bovenop het Kharphocho fort, welke we al een paar keer hebben gezien vanuit de auto op weg naar de andere valleien. Het staat 300 meter boven de stad op een rots. Kamal heeft een vriend van hem geregeld die met ons naar het fort klimt, zodat hij zelf nog wat dingen kan orginiseren in de stad en ons vanmiddag bij hem thuis uit kan nodigen voor een high tea.

AkbarOnze gids heet Akbar, in de zomer maakt hij lange trekkingstochten voor het bedrijf van Kamal, maar zo in de winter heeft hij niks te doen. Hij lijkt in eerste instantie wat nors, maar blijkt super aardig te zijn. We komen op plekken waar we zelf nooit naar toe geklommen zouden zijn doordat het wel erg hoog, gammel of smal leek. En hij doet erg zijn best om een paar mooie foto’s van ons te maken. Gammel muurtjeNog een beste uitdaging voor hem, want een aantal jaar geleden zijn bij een klimexpeditie bijna al zijn vingertopjes eraf gevroren. Vanaf het fort, dat op zichzelf al interessant is, heb je een mooi uitzicht over Skardu stad en de vallei erachter.

Als we weer naar beneden zijn geklommen, is Fareed nergens te bekennen, huh? Blijkbaar hadden ze bedacht dat we wel terug konden lopen naar het hotel, maar dat hadden ze ons niet verteld. Wij hebben vanaf hier geen flauw idee hoe je daar kan komen. Akbar kijkt ons met een lach aan en loopt mee. Nog geen 100 meter verder herkennen we opeens de hoofdweg en het zijstraatje naar ons hotel. A-hah, we wisten niet dat we zo dichtbij waren! We zijn hier wel een paar keer geweest, maar altijd via een omweg (een interessante plek / winkeltje) of in het donker. We geven Akbar nog een fooi en drinken daarna wat in ons hotel bij de kachel.

Kachel bij KamalNiet heel veel later komt Fareed ons ophalen om naar het huis van Kamal te gaan. Hij woont hier normaal alleen in de zomermaanden en is de rest van de tijd meestal in Islamabad. De huisbewaarder / tuinman / kok laat ons binnen en stuurt ons naar de gastenkamer waar hij al een gaskachel heeft aangestoken. We gaan daar lekker naast zitten, want ook hier in huis is het erg fris. Even later komt ook Kamal en wordt de high-tea (frietjes, kip, een soort aardappelkroketjes, koekjes en thee) geserveerd. Precies op dat moment valt de stroom weer uit. De kok komt snel een gaslamp brengen en we kunnen aan tafel!

We kletsen een tijdje over Pakistan, Kamal’s business en onze ervaringen. Heel veel hoogopgeleide jongeren verlaten Pakistan om te gaan werken in het buitenland en dit is natuurlijk niet zo goed voor de economie van het land. We kunnen het echter wel begrijpen, want de kansen op een goed betaalde baan zijn hier laag en het westen lonkt. Om ervoor te zorgen dat het land zich blijft ontwikkelen, moeten ze hier toch wat aan gaan doen, maar hoe? Wij hebben natuurlijk ook geen oplossing voor handen, maar het is wel een interessant gesprek!

Het is inmiddels donker als we door Fareed weer worden terug gebracht naar het hotel. We bestellen in het restaurant een Beef Malai met brood, heerlijk! We googlelen daarna een recept om dit thuis ook een keer te maken, want het was echt heel lekker. We zijn wel benieuwd of we het kunnen reproduceren met ingrediënten uit Nederland. Daarna pakken we onze tassen in, want morgen begint ons terugreis over de KKH richting Islamabad.

Om 05.00 uur gaat de wekker, want we hebben een lange rit voor de boeg. We hebben wat moeite met opstaan, het bedje is zo lekker warm in vergelijking met de kamer. We pakken onze spullen en lopen naar beneden om te gaan ontbijten. Alles is echter nog pikkedonker, stil en afgesloten. En Fareed is ook nergens te bekennen. Dan maar terug naar de kamer en wachten bij de gaskachel. Een half uur later komen Fareed en Kamal aanrijden en Kamal pakt gelijk zijn telefoon om de manager wakker te bellen, want er zou een ontbijtje klaar staan voor ons. Op zich best bijzonder rond deze tijd want op een hoop andere plekken in de wereld zouden ze gewoon een ontbijtbox hebben gemaakt voor onderweg.

Even later komt de manager met een slaperig hoofd het restaurant open doen, hij had zich verslapen. Uiteindelijk zitten we om 05.45 aan een gebakken ei, brood en thee. De stroom ligt er nog uit, dus we pakken de zaklamp erbij om te kunnen zien wat we eten. Het gaat er verrassend goed in zo vroeg in de ochtend. Daarna vertrekken we, ruim 45 minuten later dan gepland. Zoals eigenlijk elke dag van deze tour.

OntbijtjeCricketOmdat het toch nog donker is, slapen we een tijdje in de auto. Wanneer de zon opkomt, is er weer van alles te zien, gek genoeg verveelt dit uitzicht totaal niet en bovendien gebeurt er van alles op de weg. Mooi versierde volgeladen vrachtwagens die langs komen rijden, kinderen die met hun schooltas naar school lopen, brommertjes die hobbelend over de weg racen, etc. Na een paar uur stoppen we bij kraampje langs de kant van de weg, zodat Kamal en Fareed kunnen ontbijten. Terwijl iedereen hier geprakte kikkererwten met paratha (brood) eet, wordt er op de weg cricket gespeeld. Natuurlijk moet er regelmatig gepauzeerd worden als er een auto langskomt.

Toen we hier (het stuk van Skardu tot de KKH) op de heenweg naar Skardu reden een paar dagen geleden was het donker. Maar nu valt het Stefan ineens op dat er allemaal grotten, soms met bebouwing en iets wat lijkt op bewoning aan de andere kant van de rivier in de rotswand zitten, vaak gevaarlijk hoog boven de rivier. Kamal vertelt dat dit geen huizen zijn, maar dat soms inderdaad wekenlang mensen leven, om de grotten, die eigenlijk mijnen zijn, te ontginnen. De witte banden in de bergen zitten vol met mineralen zoals Robijn, Quartz, Topaas, Alabaster en nog een paar andere met moeilijke namen. Dit is de grootste bron van inkomsten voor de regio, maar de slechte omstandigheden in de mijnen kosten ook veel levens.

Politie!RondlopenDe terugweg over de KKH gaat gevoelsmatig een stuk sneller dan de heenweg en even later zijn we weer bij de controlepost voor het maken van onze foto. Deze keer besluit Stefan om er de hele tijd bij te blijven en we staan ook in no time weer buiten. De lunchstop is bij een crappy restaurant/hotel, waar wij alleen een beetje rondlopen. We worden op een gegeven moment weggestuurd door een paar bewapende mannen en we snappen pas later dat dit was omdat we, met schoenen, bijna een gebedsruimte waren binnengelopen. Zo zag het er zeker niet uit!

Als het na een lange dag in de auto ruim donker is, komen we weer aan in Besham, bij hetzelfde hotel als op de heenweg. Besham continental hotelWe hopen dat we even kunnen douchen om op te warmen, maar er is ook nu weer alleen koud water. Als Stefan hierover gaat klagen krijgt hij een sleutel mee van een andere kamer om morgenochtend daar warm te kunnen douchen. Beetje jammer, want vooral Renee heeft ijspegelvoeten en weet uit ervaring dat alleen een warme douche hier tegen helpt. Het is niet anders. In vergelijking met een hoop Pakistani, hebben wij het nog luxe hier.

SpaghettiWe bestellen in het restaurant na wat onduidelijkheid op advies van de ober een halve portie (voor twee personen?) Chicken chowmen, wat een soort noodle spaghetti met kip en groenten blijkt te zijn. Echt wel lekker! Net buiten het restaurant is er een klein souvenirwinkeltje en als de verkoper ons (tijdens het eten) vraagt of we willen komen kijken, zeggen we beleefd geen interesse te hebben. We gaan echt geen twee maanden met extra kilo’s rondslepen. Hij lijkt ons niet te begrijpen, of doet alsof, en opent de deur, doet het licht aan en stalt al zijn waren uit op de balie.

Brrrrr hotelAls we in het restaurant om de rekening vragen worden we vol onbegrip aangekeken, we zijn toch gasten van het hotel? We krijgen de “ober” niet aan z’n verstand dat we midden in de nacht weer gaan vertrekken en dat het handiger is om nu de rekening te betalen. En ondanks dat we de souvenirverkoper echt wel wat omzet gunnen (hij zal hier niet veel klanten hebben, zeker niet in de winter), lopen we met een licht schuldgevoel toch zijn winkeltje voorbij naar onze kamer om op bed te gaan liggen. Stefan slaapt vrijwel direct, maar Renee kan echt niet slapen, zelfs niet na een do-it-yourself voetmassage. Na een paar spelletjes op de telefoon en een hoop schaapjes tellen, valt ze uiteindelijk toch in slaap.

De volgende ochtend is er (wat een verrassing) helaas nog steeds geen elektra en dus geen warm water en we hebben geen zin om de mensen zo vroeg al aan het werk te zetten om water voor ons te koken. We kunnen best een paar dagen zonder een echte douche en bovendien hebben we nog altijd de Belgische variant aka deodorant. Na een prima ontbijtje, weer bij ‘zaklamplicht’ stappen we weer erg vroeg in de auto. Kamal is een keer op tijd! We zijn stomverbaasd!

Na een kwartier trapt Fareed opeens flink op de rem en daarna voelen we dat we ergens overheen rijden. Terwijl we toekijken hoe Kamal, voorin, zijn voortanden stoot aan het dashboard, genieten wij van het feit dat we hier eigenwijs gewoon onze gordels dragen. Fareed stapt uit en ziet dat we een overstekende zwerfhond dood hebben gereden :( Het is nog donker buiten en blijkbaar is de hond ergens van geschrokken. “Dead puppy”, zegt Fareed. En we rijden gewoon weer verder. Wij zijn er wel even stil van, maar weten eigenlijk niet wat we hadden kunnen doen.

Na een tijdje valt Renee in slaap en wordt slechts een paar keer wakker voordat we weer het drukke Islamabad inrijden. Wel zonde van de mooie uitzichten, maar na maar twee uur slaap vannacht, is het even niet anders. We overleggen even met Kamal of hij een goed ziekenhuis weet in Islamabad waar we vanmiddag naar toe kunnen om Stefan’s bloed te laten prikken. Hij geeft aan zelf de Pakistaanse gezondheidszorg te verkiezen boven die in Engeland waar hij volgend jaar wil gaan wonen en adviseert ons een commercieel lab in de buurt van ons guesthouse. We zijn twee uur vroeger dan gepland in Islamabad en het ligt op de route, dus we hoeven niet met een taxi heen en weer, Fareed chauffeurt ons gewoon nog even.

Het UMC in Utrecht kan nog wat leren van de commerciële aanpak en efficiency! Na een paar minuten staat Stefan met zijn gegevens en onderzoek in de computer en heeft hij de 30 euro al betaald. Vijf minuten daarna staan we zelfs alweer buiten en hebben ze aangegeven de onderzoeksresultaten vanmiddag nog naar Stefan te e-mailen. Fijn! Helemaal fijn is dat we na een paar uur de bevestiging krijgen dat de tumorwaarden in orde zijn. Na het gedoe in Dubai hadden we niet verwacht dat het zo makkelijk kon zijn!

Cricket in de stadsparkenTerug in het guesthouse in Islamabad krijgen we weer een kopje thee en nemen we een heerlijke warme lange douche. Daarna lopen we de stad in, op zoek naar een pinautomaat. Het is echter weekend en de meeste banken zijn gesloten. Ook de ATM’s blijken geen van allen onze passen te accepteren. Nou ja, dan maar op zoek naar een wisselkantoortje.

Lunch/vroeg DinerTerwijl we zoekend rondlopen door de stad, pauzeren we een tijdje in het park, waar een stel jongens vol enhousiasme cricket aan het spelen zijn. Bij een plein vol kraampjes krijgen we honger van alle geuren en bestelt Stefan een beef tikka. Wow, deze is goed pittig, maar vers gemaakt en erg lekker samen met het brood en een koude cola. Na deze lunch, shoppen we nog wat snacks bij een winkeltje, maar een wisselkantoor hebben we nog steeds niet kunnen vinden.

Alles lijkt dicht te zijn en ook pas weer maandag open te gaan. Hmm, dit wordt nog lastig! Op de terugweg vinden we toch nog een ATM op de hoek bij ons guesthouse die we eerder niet hebben gezien en verrassend genoeg werkt deze wel. Het voelt erg fijn om een voorraadje Pakistaanse Rupie te hebben, want het bezoekje aan het bloedlab had niet veel duurder mogen zijn, we zitten erg krap bij kas. Nu kunnen we morgen in ieder geval naar onze volgende bestemming.

Terug in het guesthouse kijken we nog een aflevering van An idiot abroad, schrijven we over onze ervaringen en eten een zakje chips als avondeten, ter aanvulling van onze uitgebreidde lunch. Daarna gaan we vroeg naar bed, de wekker was vanmorgen weer vroeg genoeg.

Koud maar indrukwekkend Noord-oost Pakistan

Skardu vrouw met kind in dorpOnze eerste nacht in Skardu is een stuk warmer en langer dan de afgelopen nachten en dus vele malen beter. We ontbijten met paratha (een soort gefrituurd brood), een gebakken eitje en melkthee, waar Renee nu ook aan begint te wennen. Voordat we vertrekken lopen we nog even naar een
fruitwinkeltje op de hoek om de lunch voor Renee te kopen (mandarijnen en appels). Voor de lunch van Stefan vragen we aan Kamal waar we ergens een bakkertje of een groter winkeltje kunnen vinden.

Stefan blijkt daar flink wat moeite te hebben met het bestellen van twee broodjes en een zak chips. De man heeft een vraag, die Stefan niet begrijpt en ook met handen en voeten blijft er te veel onduidelijkheid over om de deal te sluiten. Dus haalt Stefan Kamal erbij om te tolken en is het in een paar seconden geregeld. Wat nou precies de vraag was, weten we niet, maar de lunch is in ieder geval compleet.Stop onderweg

UitzichtFareed heeft inmiddels de USB stick van Stefan aan de radio gekoppeld, zodat we eindelijk wat anders dat traditioneel Pakistaanse muziek kunnen luisteren. Overigens is dit ook best prima, maar na een paar

dagen, verlangen wij en ook Kamal wel naar iets westers. We leggen weer vele kilometers af, met onderweg fantastische uitzichten. We weten zeker dat als we de gemiddelde mens zouden vragen hoe Pakistan er uit ziet, ze dit niet zouden verwachten!

ControlepostWe passeren onderweg weer een hoop registratieposten en hebben het geluk dat we geen van de keren naar binnen hoeven. Na 3,5 uur rijden komen we dan ook aan op onze bestemming: De Khaplu vallei (spreek uit: Ghàplûh). We stappen uit in het oude dorpje bij de moskee, waar een hoop kindjes aan het spelen zijn. Uiteraard hebben we hun aandacht getrokken, maar ze zijn te verlegen om dichtbij te komen. Dus zwaaien we naar elkaar en maken we een paar foto’s.Delete!

De kinderen lachen en doen verstoppertje terwijl wij foto’s van hun proberen te maken. Na een tijdje wint hun nieuwsgierigheid het toch en komen ze kijken naar de foto’s die we hebben gemaakt. Een wat ouder jongetje vindt zijn foto’s blijkbaar maar niets en weet dat duidelijk te maken door een hoop onverstaanbaar gebrabbel en even later ook het Engelse woord Delete. Wij doen maar alsof wij hem niet hebben begrepen.

FortDe mensen zien er bijzonder mooi uit hier, een mix van Pakistaans, Chinees en Tibetaans. Het dorp wordt ook wel Little Tibet genoemd en de leefwijze is ook grotendeels conform de Tibetaanse gewoontes. Na dit bezoekje rijden we een stukje verder naar het Khaplu fort, welke geheel in de originele stijl is gerenoveerd door een bekende hotelketen in Pakistan en nu dienst doet als hotel.
Het hotel is nu gesloten i.v.m. het laagseizoen, maar wij mogen van de bewaarders wel de tuin en de buitenkant van het fort bekijken.

Daar zeg je geen nee tegenDe oorspronkelijke eigenaar van het fort, een prinses en haar zoon, wonen nu elders in het dorp en hebben nog twee kamers die ze mogen gebruiken binnen het fort. Even later worden we door de prins (we nemen aan dat je als zoon van een prinses zo wordt genoemd) uitgenodigd om thee te komen drinken in zijn woonkamer en tja, daar zeg je natuurlijk geen nee tegen. De kamer is gevuld met allerlei foto’s van zijn voorouders en polo-prijzen, want na de vertaling van Kamal begrijpen we dat de prinselijke familie sportief is.

IeuwieKamal vraagt of we de traditionele ZOUTE melkthee willen proberen of toch de voor ons bekende zoete. Aangezien we de zoete niet heel erg lekker vinden, kiezen we allebei dapper voor de zoute. Deze is echt tig malen viezer, maar we laten niets merken en drinken ons kopje netjes leeg. We vragen daarna of we gebruik mogen maken van zijn toilet. We denken dat de schoonmaker ook afwezig is in het laagseizoen, want de wc van de prins is ubersmerig. We kunnen het hem wel vergeven, want hij woont hier immers zelf ook niet.

KhapluVanaf het fort rijden we een dopje verder. Daar zijn een hoop kinderen met een stok, wat stenen en een balletje cricket met elkaar aan het spelen, terwijl de geiten en koeien hun in de weg lopen op zoek naar eten. Kamal vraagt een paar keer naar de beste weg, tussen de huisjes en verschillende terrassen door, om bij een moskeetje op de berg te kunnen komen. Uiteindelijk besluit een oude man ons de weg te wijzen en klimmen we samen in ruim een uur, via een niet bestaand weggetje naar deze mooie plek.

Moskee hoog op de bergOnderweg komen we vrouwen en meisjes tegen die hun dagelijkse hout aan het verzamelen zijn, want een verwarming en gasfornuis kennen ze hier niet. De oude moskee wordt alleen nog maar gebruikt voor bijzondere gebeurtenissen en dat begrijpen we goed na de flinke klim die we net hebben gemaakt. De bekende uitspraak van Stefan is hier zeker van toepassing: “Ik ben toch geen Blehhh, ik ben een volggeitberggeit?!” Erg typisch is wel dat we onderaan de heuvel een “volggeit” hebben opgepikt :)

Bij de moskee op de heuvel maken we een aantal foto’s. Wat een rust hier en hoe mooi! Omdat het ook erg fris is zo vol in de wind, blijven we niet erg lang. Omdat we nu minder hoeven zoeken en afdalen nou eenmaal minder zwaar is dan klimmen, zijn we binnen 20 Brr, maar wel mooi!minuten weer heelhuids terug bij de auto.

We rijden over dezelfde weg, maar met uitzicht dat totaal niet verveeld weer richting Skardu. Om 16.00 uur stoppen we nog voor Kamal’s en Fareed’s lunch. Wij lopen een rondje, want we hebben de chipjes en fruit al op. In de auto bedenkt Stefan dat hij ook nog de twee broodjes heeft die hij eerder bij de bakker heeft gekocht. Na een klein hapje besluit hij deze toch maar aan de kant te leggen. Ze zijn extreem pittig en bovendien erg vettig, hier gaan we vast van aan de schijt! Misschien probeerde de verkoper ons dit wel duidelijk te maken.

Als het donker wordt, doen we in de auto een tukje. We voelen ons veilig genoeg met Fareed als chauffeur en bovendien hebben we nog wel wat uurtjes in te halen voor ons gevoel. Bij terugkomst in het hotel steken we eerst even de gaskachel aan en daarna eten we wederom in het restaurant van het hotel. We weten dat het eten hier lekker is en bovendien is het hier redelijk hygiënisch, we hebben ze gisteren zelfs de vloer zien dwijlen in de keuken. Daarna gaan we naar onze heerlijk verwarmde kamer om nog een stukje te schrijven en lekker te gaan slapen.

De volgende ochtend hanteren we ongeveer hetzelfde schema. We moeten wéér wachten op Kamal, die op de een of andere manier elke dag een half uur tot een uur later klaar staat als de tijd die hij zelf voorgesteld heeft. Deze keer geeft hij wel Fareed de schuld, die zou een lekke band hebben gehad onderweg om hem thuis op te halen. Het zal allemaal wel, we laten ons vandaag in ieder geval niet rushen omwille van tijdgebrek, besluiten we.

Prachtig uitzichtSpelende kinderenWe gaan vandaag minder lang met de auto, onderweg naar de Shigar vallei stoppen we bij een prachtig uitzichtpunt waar we veel te veel foto’s maken van het desolate landschap. Het dorpje Shigar is net als Khaplu eeuwenoud en een groot deel van het jaar ivm sneeuwval in de bergpassen afgesloten van de rest van de wereld. Het is echt alsof de tijd hier heeft stilgestaan. De weggetjes zijn op vele stukken te smal voor onze luxe Toyota, dus stelt Kamal voor dat we een stukje gaan wandelen. Prima natuurlijk, wel eerst even jas en handschoenen aan en muts op. Want het is hier nu vies koud!

Er stroomt langs alle straten en door de meeste “tuinen” (ommuurde rotsvlakte) een soort verrassend schoon open riool, met vele dammetjes en aftakkingen. Het water wordt gebruikt voor de planten en als drinkwater. Vrouwen wassen De was doen enzohierin, op hun hurken, groente en kleding en het lijkt bovendien de makkelijkste manier om van je afval af te komen. De aftakkingen zijn slim uitgemeten en verdelen het water altijd Wandelingetjeeerlijk over de aangrenzende percelen. De eerste randjes ijs zijn hier en daar al te zien, maar helaas kan Kamal ons niet vertellen hoe ze dit soort dingen aanpakken als alles hier bevroren is, het is immers nog maar het begin van de winter.

We lopen langs een eeuwenoude moskee, waar we helaas als “ongelovigen” niet welkom
zijn en bekijken daarna, net als gisteren, de buitenkant van een gesloten forthotel. Deze is een stuk recenter gerestaureerd en daardoor lijkt hij een stuk minder authentiek. Toch kunnen we ons goed voorstellen hoe de prinsen in deze valeidorpen zich hier tot koning konden wanen. Vooral in de lente zullen de kasteel/fort-tuinen er prachtig bij liggen.

HoutzagerijAfwassenWe lopen terug naar de auto, waar Kamal ons vraagt om even 5 minuten te wachten, hij heeft wat business te bespreken ergens in een zijstraatje. We zien wat koeien door een tuintje struinen en Stefan hoort een houtzagerij ergens een straat verderop, dus we stemmen in en lopen een blokje om. Onderweg zien we ook weer vrouwen de afwas doen in een beekje en we kijken een tijdje hoe de mannen in de deels handbediende en houtgestookte houtzagerij boomstammen omvormen in prachtig rechte vierkante balkjes.

Na bijna een uur rondhangen in de omgeving van de auto wordt Fareed streng aangesproken door een man met een grote portfoon, waar onophoudelijk orders uit lijken te komen. Hij gebaard naar ons dat we in de auto moeten gaan zitten en we vrezen even dat we Moooaaaaeee!een groot probleem hebben. Fareed rijdt de doodlopende zijstraat in en parkeert met veel moeite zijn auto naast een luxe hagelnieuwe terreinwagen met een blauwe zwaailamp op het dak. Uh-oh, en nu? En waar is Kamal?

Fareed stapt uit en wenkt ons om te volgen. Hij loopt een soort politiebureau binnen, zegt een groepje mannen gedag en is ineens verdwenen. Tien minuten later zitten we gemoedelijk aan de melkthee, met gebraden kip en frietjes. Kamal zit hier blijkbaar al ruim een uur te kletsen met een vriend van zijn vader. Die vriend is de baas van de provincie, begrijpen we. Zijn functie zou vergelijkbaar moeten zijn met die van de commisaris van de koning in Nederland. Ons gesprek wordt dan ook continu onderbroken door mannetjes die pakken handgeschreven papier komen brengen, laten ondertekenen of ophalen.

Ondanks dat je zou verwachten dat iemand in zo’n functie een prachtig kantoor heeft, valt dat in realiteit vies tegen. De ongeschilderde muren zijn van modder, het raam en de glasplaat van het bureau zijn gebarsten en de deur past niet lekker in zijn sponning. De enige luxe die we hier ontdekken die we nog nergens anders hebben kunnen vinden, is een houtkachel. Maar daar maakt hij tot ons ongenoegen geen gebruik van.

De gesprekken lopen zeer uiteen, maar uiteindelijk weet de proviciebaas elke keer weer terug te keren op een discussie over welk land uiteindelijk de grootste wereldmacht zal zijn. Waarschijnlijk vooral omdat hij van mening is dat de Verenigde staten hun positie zullen behouden en Stefan zich niet van zijn standpunt laat praten dat China uiteindelijk de meeste financiën en de grootste mankracht zal hebben.

Buiten staat een kindjeAls de vriendelijke man eindelijk besluit dat hij nog wat werk moet doen vandaag, krijgen we de kans om te vertrekken. Kamal is duidelijk opgelucht dat we weer verder kunnen, want bij een man van zijn status kan je als Pakistani blijkbaar niet uit jezelf zeggen dat je het tijd vindt om te vertrekken. Fareed staat ook weer uit het niets voor onze neus en we stappen gauw in de auto.

Eeuwenoude moskeeAan de rand van het dorp gaan we wederom even een blokje lopen. We bekijken iets uitgebreider de grote moskee waar we niet naar binnen mogen en lopen daarna een stuk de berg af, naar een hele kleine eeuwenoude moskee: Amburiq Mosque. Deze is helaas gesloten en ook de beheerder is nergens te bekennen, dus we houden het op wat foto’s van het houtsnijwerk aan de buitenkant en lopen daarna terug naar de auto.

OnderwegFareed zet koers naar Kachurab, een vallei aan de andere kant van Skardu. Hier staat het wereldberoemde Shangrila resort, dat helaas ook al een aantal weken gesloten is. Kamal is echter brutaal genoeg om bij een bouwplaats te regelen dat we alsnog aan de rand van het bijbehorende Lower Kachurab Lake kunnen komen. We maken wat foto’s van het prachtige landschap.

PosterfotoAan de oever van het meer staan diverse gebouwen die in de zomer de steenrijke gasten huisvesten die hier komen acclimatiseren voordat ze één van de hoge bergen in de omgeving gaan beklimmen, zoals bijvoorbeeld de K2. Vooral het café is een opvallende verschijning. Deze is gevestigd in een vliegtuig, dat in de tweede wereldoorlog is neergestort op Skardu airport. De uitbater van het resort heeft de romp gekocht van het leger en het gevaarte hier naartoe laten transporteren.

Stukje lopenWe rijden nog een klein stukje verder, tot de weg zo slecht wordt dat Fareed echt niet meer verder durft te rijden. Vanaf hier gaan we te voet verder, Kamal wil ons namelijk graag Upper Kachurab lake laten zien. We lopen door Kachurab village, waar de inwoners zo mogelijk nog armer zijn dan in de vorige twee plaatsen die we hebben bezocht in deze regio. Wat een contrast met het prachtige resort een kilometer verderop, n.b. langs de enige toegangsweg tot dit dorp!

Kamal's meerNa een ijskoude wandeling door het dorp en over de omgeploegde stukjes rotsachtig akkerland komen we tegen de schemering aan bij het bergmeer. Kamal vertelt enthousiast dat hij al een paar jaar probeert om de grond rondom dit meer van de lokale bevolking te kopen (voor in totaal 10.000 euro), maar dat er een paar mensen zijn die tot nu toe weigeren op zijn aanbod in te gaan. Hij vindt dit heel jammer, want hij zou graag een resort laten bouwen dat de concurrentie aan moet gaan met Shangrila.

Wij geven de huidige eigenaren groot gelijk dat ze dit prachtige stuk grond dat ze bezitten niet af willen staan. Naast dat ze simpelweg sprookjesachtig uitzicht in hun achtertuin hebben, zou het straatarme dorp dan ingeklemt zitten tussen twee van die debiele resorts voor excessief rijke mensen.

SoepjeMet de zaklamp in de hand lopen we terug naar de auto en op de terugweg naar Skardu doen we weer een tukje op de achterbank. Door de ijle lucht hier in de bergen hebben we niet de energie om de hele dag zo actief te zijn, besluiten we. Terug in het hotel steken we weer eerst de kachel aan en bestellen daarna een tweepersoons portie chicken-cream-tomato-soup met brood.

Tegen de tijd dat we terug zijn op de kamer is het er warm genoeg om je handschoenen uit te kunnen doen, maar nog steeds zo koud dat je alleen onder de dikke deken kunt zitten. Het is nog wat vroeg om al echt te gaan slapen. Dus terwijl Renee een serie kijkt op de tablet, maakt Stefan een backup van onze foto’s en zet hij één van de stukjes over Iran online.

Karakoram Highway (KKH) – The highest paved international road in the world

Als om 5.30 de wekker gaat, pakken we onze spullen alvast bij elkaar voor de komende 8 dagen. Om 5.45 uur wordt een soortgelijk ontbijtje als gisteren op onze kamer geserveerd en met een flinke schep suiker kan Stefan inmiddels de sterke melkthee wel goed hebben. Renee, die thuis graag lichte thee drinkt, heeft het er een stuk moeilijker mee.

We laden de tassen alvast in de auto en terwijl Renee met Fareed wacht tot Kamal ook klaar is voor vertrek loopt Stefan alvast vooruit, omdat er aan het einde van de straat een paar pinautomaten zitten. We hebben in Dubai 150 euro gewisseld, maar dat kan voor de maaltijden en snacks de komende week misschien wel wat krap worden. Uiteindelijk blijkt dat we het er maar mee moeten doen, want geen van de bankpassen, bij geen van geldautomaten geeft een ander resultaat als ‘carrier not found’.

Gevaarlijk beschilderdTegen de tijd dat Stefan klaar is met geldautomaten proberen, is ook Kamal klaar voor vertrek. Hij moest nog even 15 kopietjes laten maken van onze paspoorten en visa, voor de police checkpoints die we onderweg tegen gaan komen. Ze willen graag weten waar de toeristen zich bevinden, maar als je overal gaat wachten tot ze klaar zijn met registreren, schiet je vrij letterlijk voor geen meter op. Gewoon raam op een kiertje, kopietje weggeven en doorrijden is een stuk efficienter. Helaas werkt dat niet overal.

AbbottabadTegen 6.30 uur zijn we eindelijk op weg naar Besham, waar we vanavond overnachten. Voor de lunch stoppen we in een plaatsje dat een aantal jaar geleden plotseling heel even wereldnieuws was. We verwonderen ons erover hoe snel iedereen weer vergeten lijkt te zijn in welke plaats Osama bin Laden opgepakt is door de Amerikaanse commando’s. Abbottabad.

VerhuizenTerwijl Kamal en Fareed ergens bij een fast food tent wat eten, genieten wij met z’n tweetjes van een prima lunch in een wat luxer Pakistaans restaurant en lopen we wat rond in de omgeving. Osama’s compound staat nog wel op google maps, maar is in werkelijkheid allang gesloopt door de Pakistaanse regering om ongewenst toerisme tegen te gaan.

Kort na onze stop in Abbottabad wordt de weg smaller en rustiger. De uitzichten worden ook steeds mooier, we rijden op de KKH (Karakoram Highway). Niet bepaald een snelweg, maar wel een hele hoge weg, concluderen we hardop. Kamal kan erom lachen. Die heeft hij nog nooit gehoord. Trophy truckDat de weg voornamelijk aangelegd is om de handel met China te bevorderen, is duidelijk te zien aan het aantal vrachtwagens dat hier rijdt. De ene nog mooier als de andere.

Besham continental hotelHet hotel in Besham is met ‘best ok’ zo’n beetje de kwaliteit die wij van goedkope hostels gewend zijn. We mogen zelf kiezen uit twee kamers en zoals we al verwachtten slapen Kamal en Fareed vervolgens samen op degene die is afgevallen. Ook hier krijgen we een kop melkthee voorgeschoteld en mogen we, omdat ze bij de receptie aan het verbouwen zijn, in een van de kamers dichtbij de receptie zitten en gebruik maken van de wifi dekking daar. Het duurt echter niet lang voordat de stroom uitvalt en daarmee is ook de wifi verbinding verdwenen.

Koud!We hebben vandaag tijdens de lunch ontdekt dat een gerecht op de menukaart in Pakistan altijd voor vier personen is, daar hadden we er ieder één van, dus vandaag kunnen we ook makkelijk zonder diner naar bed. Het kost wel flink moeite om in slaap te komen. Het is steenkoud, er is geen warm water door de stroomuitval en een kachel is er simpelweg niet. We halen nog een extra deken van onze ‘wifi kamer’ maar eigenlijk is het gewoon echt te koud. Omdat we verder niet bepaald wat te kiezen hebben, doen we het er maar mee. Uiteindelijk hebben we allebei wel geslapen.

Het is maar goed dat we vroeg op bed zijn gaan liggen, want de wekker gaat alweer om 4.00 uur. De zaklamp komt meteen goed van pas, want de stroom is nog steeds niet terug en daarmee kunnen we ook de tijd voor de douche besparen. We ontbijten romatisch bij (led)noodverlichting en om 05.00 uur, een half uur later dan we hadden afgesproken zit ook Kamal in de auto klaar voor vertrek.

Wat is dat stipje boven de rivier?Twee touwtrekkersDirect na vertrek wordt de weg erg slecht, maar wij hebben er weinig last van, Fareed stookt de auto heerlijk warm en we halen de gemiste uurtjes nachtrust al rijdend in, het is toch donker buiten. Tegen de tijd dat het buiten licht wordt, is de rivier prachtig helder blauw gekleurd en is de weg veranderd naar een ‘dirtroad’ die in de rotswand langs de rivier is uitgehakt. Hier en daar zien we mensen die met kabelbanen van de weg naar hun hutjes aan de andere kant van de rivier gaan. En hoewel we al vele kilometers geen enkel teken van beschaving hebben gezien, passeren we diverse keren groepjes kinderen die te voet onderweg zijn naar school.

Als er een kleine verkeersopstopping op de smalle weg is, toetert Fareed zich er een weg doorheen, om vervolgens alsnog te stoppen en uit te stappen. Als ook Kamal vrij vlot uitstapt, volgen wij hun voorbeeld. Ramptoerisme blijkt toch meer dan typisch Hollands te zijn. Op de rotsachtige rivierbedding, zo’n 35 meter lager, ligt een volledig verwoeste auto ondersteboven. Een van de kromme velgen draait nog zachtjes rond en de lampen branden nog, maar niemand van de kijkende menigte lijkt onderweg te zijn om te gaan helpen. Kamal en Fareed zijn het roerend eens, de inzittenden zijn vrijwel zeker overleden en als ze nog leven, krijgen ze nooit op tijd medische hulp. En we worden gemaand om weer in de auto te gaan zitten. Heftig! We hopen vurig dat Fareed niet zo’n stuurfoutje maakt de komende dagen.

WeggetjeAls we een hangbrug, gebouwd en bewaakt door het leger, oversteken is de weg ineens weer supergoed, breed en volgens Amerikaanse standaarden belijnd. Kamal vertelt dat dit deel van de KKH door de Chinezen is gebouwd en wordt onderhouden, om de handel tussen China en Pakistan te bevorderen. Er rijden hier inderdaad heel veel prachtig versierde vrachtwagens, maar die moeten ook allemaal dezelfde kutweg over waar wij al de hele ochtend van genieten.

SouvenirNa een half uurtje op de goede weg stoppen we bij een uitzichtpunt waar de drie bergketens van deze regio bij elkaar komen. Vanaf hier kan je de Himalaya, de Karakoram en de Hindukush bergketen bij elkaar zien komen, enkel van elkaar worden gescheiden door de Gilgit en de Indus rivier. Stefan vindt hier langs de kant van de weg nog een leuke souvenir, die we op verzoek van Kamal, na het maken van een foto, ook maar weer uit het raam van de auto hebben gegooid. Hij wil geen gezeur bij de police checkpoints.

HoteeBij gebrek aan beschaving stoppen we rond 11.00 uur even voor thee en een toiletstop bij een truckershotel en om 14.00 uur zitten we in het Pakistaanse equivalent van een wegrestaurant samen met Kamal en Fareed onze weerstand op te bouwen. WegrestaurantEn na een paar uutjes op het mooie Chineze asfalt is het weer gedaan met de pret. De goede weg eindigd bij een groot police checkpoint, waar wij voor het eerst uit moeten stappen en mee moeten lopen naar het politiebureau.

We worden in een kamertje met twee bedden en twee computers op een stoel gezet en nadat de gegevens uit onze paspoorten in een boek zijn genoteerd, moeten we allebei even naar de webcam lachen voor een foto. Het boek is machtig interessant. Privacybescherming is hier nog geen hot item en we kunnen via ‘onze pagina’ achterhalen dat er sinds eind augustus zo’n 20 buitenlandse toeristen dit checkpoint zijn gepasseerd. Voornamelijk Chinezen, twee verdwaalde Fransen en een Duitser. Geen gekke score voor ruim 3 maanden. We ondernemen nu dus echt een unieke trip!

Stefan moest al nodig plassen toen we door de politie werden ‘uitgenodigd’ om hun slaapkamer te bezoeken en zodra de registratie klaar is, vraagt hij ook direct aan Renee of het een probleem is als hij haar even alleen laat met meneer de agent. De agent laat er geen gras over groeien en de oppervlakkige vragen die Stefan kreeg, zijn voor haar meteen van een stuk persoonlijker aard. Hij wil graag weten of ze getrouwd is, of ze vrouwelijke familieleden heeft, ze moet haar telefoonnummer geven en net als Stefan weer over de drempel komt stappen, dringt hij voor de tweede keer aan dat Renee ook zijn telefoonnummer moet opslaan, voor als ze hulp nodig heeft met wat dan ook. Een verzoek dat onbeantwoord blijft, want met haar man in dezelfde ruimte is de agent direct klaar met zijn avances. We mogen verder.

ToyotaBruggenDe KKH is een prachtige route! Fareed denkt daar ongetwijfeld anders over, aangezien we regelmatig stevig offroaden met zijn hagelnieuwe Toyota, maar wij genieten van de uitzichten die de omgeving ons biedt. Het leger heeft langs dit stuk weg best veel hangbruggen gebouwd om de diverse grenzen in de regio te kunnen beveiligen en natuurlijk maken de locals uit de diverse dorpjes daar ook dankbaar gebruik van. Sommige van deze bruggen overspannen meer dan 200 meter en zijn bovendien flink hoog. Machtig om te zien, maar verboden om te fotograferen helaas.

Tegen de tijd dat het begint te schemeren, nemen we afscheid van de KKH en stuurt Fareed de auto, via wederom een prachtige ‘tijdelijke’ brug, richting Skardu. Kamal zegt dat het vanaf hier nog zo’n twee uur rijden is. Maar als we vier uur later eindelijk bij het hotel zijn, biedt hij zijn excuses aan. Fareed is hier nog nooit geweest en volgens hem veel te voorzichtig op de superslechte weg. Wij zijn daar wel blij mee, de weg is hier nog slechter, nog smaller en nog hoger boven de rivierbedding uitgehouwen als het stuk KKH van vanmorgen en we kunnen ons nog goed herinneren hoe die verongelukte auto erbij lag. Geen haar op Stefans hoofd dat hij daar ooit in het donker zou gaan rijden en Fareed heeft het toch maar mooi geflikt.

Dewan-e-KhasWe checken in bij familiehotel Dewan-e-Khas, waar we ook weer een kamer mogen uitkiezen. Wij en Fareed zijn de enige gasten, Kamal heeft een huis hier in Skardu. “Het is begin van de winter en het seizoen is voorbij”, zegt de hotelbaas. We geloven er weinig van dat het hier überhaupt druk kan zijn, na het zien van het registratieboek van vanmiddag. Ze hebben hier natuurlijk wel een vliegveld, maar echt veel vluchten komen er niet.

Daarna komen ze speciaal voor ons een gasbrander op de kamer plaatsen, dat heeft Kamal geregeld blijkbaar. Hij drukt ons nog op ons hart dat we hem goed moeten gebruiken, hij betaalt daar flink voor. Maar als we gaan slapen of de kamer verlaten moeten we niet vergeten hem uit te zetten, het is immers wel open vuur en de koolmonoxide kan hier slecht weg, zegt hij. Natuurlijk heeft hij gelijk, maar als we even later de stevige tocht door de kamer voelen trekken, concluderen we dat hij zich geen zorgen hoeft te maken over zuurstofgebrek.

Omdat de lunch voor het eerst in Pakistan van matige kwaliteit was, besluiten we om gebruik te gaan maken van het restaurant beneden. De prijzen zijn hier zo mogelijk nog lager dan in de eerdere restaurants, en zelfs de halve porties (voor twee personen) blijken te groot voor ons samen. De Chineze sweet en sour chicken is een beetje vreemd, maar wel lekker. En de bananenmilkshake wordt vers voor ons gemaakt. Top! We begrijpen volkomen dat dit restaurant erg populair is bij de lokale bevolking, maar vinden het wel erg jammer dat ze binnen mogen roken en daar ook massaal gebruik van maken. Gelukkig is het al laat, wij gaan gelijk door naar bed.

De eerste kennismaking met Pakistan

Na een prima vlucht met overwegend mannen en slechts één andere niet Pakistani (uit Sierra leone) aan boord, komen we, met veel geduld, zonder problemen door de paspoortcontrole in Islamabad en gaan we op zoek naar “ons mannetje”. Snowland Tours en Treks heeft ons eerder geholpen met een officiële uitnodiging zodat we ons Pakistaanse visum aan konden vragen en we zijn tevreden over hun diensten. Daarom hebben we via hetzelfde bedrijf een auto met chauffeur en gids geregeld om een tour naar het noordoosten van Pakistan te maken en een pickup van het vliegveld is inbegrepen.

We hebben een flinke vertragen, dus we weten vrij zeker dat het mannetje er al moet staan. En we hoeven inderdaad niet lang te zoeken, direct als we de ‘green lane’ passeren staat er een lange dunne Pakistani met een bordje waarop STEFAN RENEE staat. CHECK, dat zijn wij! Hij neemt wat onwennig de hand van Stefan aan, maar stak eigenlijk zijn hand uit om het wagentje met de tassen over te nemen en loopt in sneltreinvaart naar buiten.

Het is buiten al donker en we staan direct na de schuifdeur, waar het elders op de wereld altijd een komen en gaan van taxi’s en bussen is, direct in een zandbak midden in de bazaar. Wat een chaos! Hij gooit onze tassen in zijn auto, die min of meer voor de deur staat en hij gaat op de rechter voorstoel zitten. Wij zijn even verbaasd, maar bedenken ons dat ze hier links rijden. Het stuur zit dus aan de andere kant. De chauffeur zegt niets en lijkt daardoor niet zoveel Engels te spreken, dus kijken wij een beetje om ons heen, terwijl we de flinke afstand naar ons hotel afleggen.

HotelkamerDaar aangekomen krijgen we erg ruime kamer, direct aan de buitenkant van het hotel, nog voor de receptie. Iets later brengen ze thee naar onze kamer. De invloed van de Engelsen is ook op dit vlak goed te merken, want het is melkthee met flink wat suiker. Niet echt lekker, maar we zullen er wel aan (moeten) wennen de komende dagen.

We zitten een tijdje te kletsen en begrijpen even later van het receptiemannetje dat Kamal, de eigenaar van het tourbureau en blijkbaar tevens onze gids, ook in het hotel slaapt. Dat is mooi, want we vragen hem gelijk naar de details voor de komende dagen. op de vraag wat Renee het beste met haar kleding kan doen, vertelt hij ons dat hier in Islamabad een hoofddoek echt niet nodig is, alleen in de moskee en dat het voor de andere delen wellicht wel handig kan zijn. Het is niet zoals in Iran een wet, maar soms is het wel slim om wat meer in te blenden.

Als even later de stroom uitvalt en de generator aangaat zodat er in ieder geval nog een beetje licht op de kamer is (maar bijv geen warm water, verwarming of groot licht), begrijpen we ook dat in Islamabad en veel andere steden een schema bestaat met vaste tijden waarop de stroom eraf gaat. Ze hebben namelijk een flink tekort en heel veel mensen hebben voor deze momenten een generator aangeschaft.

Ontbijtje op de hotelkamerDe volgende ochtend krijgen we een prima ontbijtje van een soort toast met een gebakken ei, jam en uiteraard dezelfde melkthee en starten we daarna met onze tour. De lange dunne kerel van gisteren blijkt ook de chauffeur voor onze tour te zijn en heet Fareed. Zijn Pakistaanse Toyota Corolla (geen electrische ramen, airbags of ABS, maar wel lederen bekleding) is hardstikke nieuw, schoon en zit prima.

We rijden eerst naar Taxila, net buiten Islamabad, waar we in een museum uitleg krijgen over de geschiedenis van deze omgeving. Er zijn in dit gebied allerlei vondsten gedaan en de voornamelijk Hindoestaanse overblijfselen zijn best mooi om te zien, maar het blijft een museum en daar zijn we niet zo van.

Drukte op straat in RawalpindiDe tweede stop is de bazaar van Rawalpindi. We lopen met z’n drieen een flink stuk door de drukke straatjes langs kraampjes en winkeltjes. Er gebeurt hier veel en dus is er een hoop te zien! VolgeproptHet voelt hier wel anders dan in Iran, veel rommelliger, nog een beetje onwennig, maar niet onveilig. De tuktuks zijn hier letterlijk volgestouwd. Waar wij misschien 6 of 8 mensen verwachten (en dan proppen we in gedachten al), tellen we regelmatig het dubbele. Ook het opstapje aan de achterkant en de ladder naar het dak zijn goede plekken om nog 2 tot 6 mensen staand kwijt te kunnen. Dit zijn degelijke tuktuks!

Afghaanse lunchDe volgende stop is bij de dam van een gigantisch stuwmeer, maar we worden door een bewaker met automatisch geweer vriendelijk verzocht om niet verder te lopen. De dam is nu gesloten, maar het precieze hoe en waarom wordt ons niet verteld. We rijden daarom door naar onze lunchplek van vandaag, een Afghaans restaurant genaamd Kabul. We laten Kamal een paar dingen voor ons drieën bestellen en zijn blij verrast door het lekkere eten. Rijst met een soort curry, vleesspiezen met heerlijk mals rundvlees, afghaans brood en wat sausjes om in te dippen. We gaan in Nederland ook een keer op zoek naar een Afghaans restaurant!

MoskeeDaarna rijden we naar de grote moskee van Islamabad, de grootste van heel Pakistan. Zo’n grote moderne moskee hebben we tijdens onze trip nog niet eerder gezien. We moeten buiten onze schoenen al uit doen en Renee doet haar hoofddoek op. We besluiten om alleen buitenom een rondje te lopen, want vrouwen mogen hier niet naar binnen en bovendien begint net het gebed.

Bezienswaardigheid bij een bezienswaardigheidWe worden hier net als bij de andere bezienswaardigheden flink bekeken, de mensen zijn nieuwsgierig. We hebben tot nu toe ook nog geen andere toeristen gezien tijdens ons toertje. Renee wordt aangesproken door een groep vrouwen met kinderen en natuurlijk is ze niet te beroerd om even met hun op de foto te gaan. No photo takingEigenlijk zijn camera’s hier niet toegestaan, maar als de eerste foto’s zijn gemaakt, blijkt dat dat voor de locals in ieder geval geen reden is om geen foto’s te willen maken.

Na de moskee rijden we via slingerweggetjes omhoog naar een uitzichtpunt op de berg ten noorden van Islamabad. De auto wordt geparkeerd en we klimmen daarna nog een stuk omhoog om de stad te kunnen zien. Jammer genoeg is het uitzicht door de smog en een klein bosbrandje niet zo helder, maar we kunnen wel goed zien dat de stad bestaat uit verschillende vierkanten, die allemaal hun eigen code hebben, als een schaakbord. Zo ligt ons hotel bijvoorbeeld in F6.

Smog, mist en rook. Uitzichtpunt hoog boven de stadNa nog een korte stop bij een lager uitzichtpunt, shoppen we nog wat drinken en snacks in de supermarkt van een nieuwe moderne shopping mall. Bij binnenkomst worden we volledig gefouilleerd, onze tas gescanned en moeten we door de metaaldetector. Dat draagt gek genoeg niet bij aan een veilig gevoel tijdens het winkelen. Na de winkelcentra in Dubai is het winkelcentrum hier een beetje shabby om te zien, maar objectief bekeken is het hier een stuk mooier en netter dan op de meeste grote winkelcentra in Nederland.

Een nieuw goedkoop headsetje voor Renee kunnen we hier helaas niet vinden en dus stoppen we op de terugweg naar het hotel nog even bij een telefoonwinkeltje. Daar helpt Kamal een goede prijs te bedingen (handig zo’n gids die de taal spreekt!) en daarna ploffen we moe op de bank in onze kamer. We hebben vanmiddag zo veel geluncht dat we besluiten om het diner over te slaan en wat te relaxen op de kamer. We typen een stukje voor de weblog, kijken een aflevering van ‘An idiot abroad’ en daarna gaan we slapen. Morgen moeten we namelijk om 05.30 uur op voor de eerste echte reisdag naar het noorden.

Dubai, verjaren tijdens een luxe stopover

We staan redelijk vroeg op om onze laatste spullen te pakken, te ontbijten en nog even bij de eigenaar te dubbelchecken hoe we het beste naar het vliegveld kunnen gaan. We hebben bij aankomst in Iran een taxi genomen om van het vliegveld naar de stad te komen, maar vinden het midden op de dag geen probleem om een beetje te moeten zoeken, over te stappen en te onderhandelen.

Na het uitchecken lopen we met onze rugzakken naar de dichtsbijzijnde metrohalte, zo’n 1,5 km van het hotel en na een kwartiertje in de metro stappen we bij Shadad uit om daar op zoek te gaan naar een gedeelde taxi. Iedereen wil ons wel meenemen, maar we krijgen niemand zo ver om het ook als een gedeelde taxi aan te bieden. Het duurt een tijdje voordat we iemand hebben gevonden die ons niet de hoofdprijs vraagt en bovendien ook echt een gedeelde taxi is. We betalen (terecht) een extra plek voor onze tassen, wat hier heel normaal wordt gevonden en rijden daarna met zo’n 7 andere passagiers in een volgepropt busje richting vliegveld.

Als we langs de terminal rijden lijkt het erop dat de rest van de passagiers een andere bestemming hebben. Wij stappen als enige uit, midden voor de ingang van een parkeergarage. Als we ons wantrouwen uiten bij de chauffeur krijgen we instructies van een medepassagier, het zal wel goed zijn. We lopen via de parkeergarage de luchthaven binnen. Daar aangekomen merken we dat we op Schiphol helemaal niet hoeven te klagen, want bij het inchecken staan we vervolgens ruim een uur in de rij. Er waren slechts 5 wachtenden voor ons!

Op het vliegveld proberen we ook onze laatste Riaal biljetten om te ruilen voor de VAE Dirham of Pakistaanse Rupee, maar helaas hebben wij te weinig om nog te kunnen wisselen. Dan maar meenemen en kijken of we nog iets te eten kunnen kopen na de douane. Hier komen we gelukkig weer zonder problemen doorheen en terwijl we wachten, kopen we nog een ijsje en cola voor onderweg.

Net voordat we mogen boarden komen we een Nederlander tegen die een paar dagen in Tehran is geweest, maar in Dubai werkt en woont. We blijken naast hem in het vliegtuig te zitten en Stefan klets een tijdje met hem over zijn business.

Aangekomen op Sjarjah-airport, wat naast Dubai ligt, moeten we een tijdje wachten voordat we onze tassen op kunnen halen. Het voelt nog wat onwennig, maar Renee heeft haar hoofddoek inmiddels ook af mogen doen. Raar dat je na drie weken hoofddoekgehannes nu toch het idee hebt dat je iets mist of vergeten bent. Ze moeten wel opschieten met onze tassen, want we hebben maar een uur overstaptijd voordat we met de gratis bijgeboekte bus van Sjarjah-airport naar Dubai-airport vertrekken. Nederlander John geeft aan dat de taxi vanaf de Dubai vluchthaven veel duurder is als een taxi vanaf hier en biedt aan om ons een lift te geven met zijn auto, aangezien hij toch ook naar Dubai moet.

John’s vrouw, die oorspronkelijk uit Armenië komt, staat hem al op te wachten en we stappen even later met alle bagage in hun luxe Porsche Cayenne. Na een vlotte rit door het, in vergelijking met Iran, soepele verkeer, droppen ze ons bij één van de Dubai metrohaltes, waarmee we verder naar ons geboekte hotel kunnen gaan.

Wat een totaal andere wereld hier. Alles is nieuw en ziet er duur uit, de mensen lopen in dure merkkleding en zijn hier duidelijk een stuk vrijer in kledingkeuze. We weten nog niet zo goed of we hier aan kunnen wennen na drie weken back-2-basic Iran.

HotelletjeNa ruim een half uur zien we ons hotel vanuit de metro (die hier boven de straten rijdt, ipv eronder) en stappen we uit om nog een stuk terug te lopen. We krijgen een heerlijk luxe appartementskamer op de bovenste verdieping, met keukentje en wasmachine (handig!). We dumpen onze spullen, kleden ons even om en stappen even later weer in de metro. Deze keer is de stop de Dubai mall, een gigantisch complex met restaurants, bioscopen en winkels waar alle bekende merken zijn vertegenwoordigd.

FonteinWe lopen een tijdje rond en besluiten uiteindelijk bij restaurant Social house te gaan zitten. We kunnen vanaf het terras van dit restaurant de fonteinenshow zien en bovendien hebben ze heerlijk eten. Als we in het gigantische winkelcentrum op zoek zijn naar de uitgang (taxistandplaats, uitaard slecht aangegeven zodat je langs meer winkels komt als je van plan was), slaat de klok middennacht en dat betekent dat Stefan jarig is. Om het alvast een beetje te vieren, kopen we een groot italiaans ijsje en stappen we daarna alsnog in een taxi. De nachtrit met de taxi is een heel stuk sneller dan de heenweg met de metro en bij het hotel ploffen we direct in ons supersize bed met het heerlijk zachte matras. Wat een genot na alle harde bedden in de Iraanse hostels!

We hebben geen wekker gezet en worden pas om 10.00 uur wakker. Het ontbijtbuffet is inbegrepen en we genieten van de ruime keuze die we hebben aan eieren, brood, fruit, yoghurt en extra’s. Het Iraanse brood is erg lekker, maar na drie weken is wat variatie ook wel fijn. Een echt verjaardagsontbijt voor Stefan dus. Daarna lopen we naar de metro om weer naar de Dubai mall te gaan. Daar vind je namelijk ook de ingang voor het hoogste gebouw ter wereld, de Burj Khalifa.

We checken alvast in en ruilen ons internet-ticket om voor een echt kaartje. Daarna vragen we op aanraden van Steffi de weg naar “Garrett”, wat maar 100 meter lopen blijkt te zijn (gelukkig!). De informatiemedewerkers hier moeten echt een goed geheugen hebben. Natuurlijk zijn er allerlei informatieborden met de namen van de winkels, maar hier staat lang niet alles op. Er zijn gevoelsmatig echt duizenden winkels en restaurants hier en het is een kunst om niet te verdwalen. We kunnen ons moeilijk voorstellen hoe je je kunt voorbereiden op een baan als ‘informatiedesker’ waarbij je de locatie en de route van alle winkels (en wijzigingen) hier uit je hoofd moet kennen.

Popcorn!Garrett verkoopt uitsluitend popcorn, maar wel een hoop verschillende soorten, in perfect ronde afmetingen. We proeven een paar samples en gaan uiteindelijk voor de caramelvariant. We weten gelukkig niet meer precies wat we hebben betaald, maar wel dat het erg lekker was. Zeker na het goedkope Iran, is Dubai schreeuwend duur. Daarna lopen we weer terug naar de toren om in de rij te gaan staan voor de lift. In tgenstelling tot Iran, zijn mensen hier erg geneigd om voor te dringen, maar wij gedragen ons als brave Nederlanders. We raken nog wel even flink gefrustreerd als bij de tassenconctrole blijkt dat we onze popcorn niet mee mogen nemen (nergens stond een bordje dat voedsel niet is toegestaan, grrr). Dus loopt Stefan weer naar de ingang om de popcorn te laten bewaren door de cloakroom en moet hij daarna opnieuw door de controle, waarbij het respect om niet voor te dringen wel even vergeten wordt.

Burj KhalifaIn 60 seconden gaan we de 124 veriepingen van de Burj Khalifa omhoog naar het uitkijkpunt, terwijl er een muziekje speelt en op de wanden van de lift een filmpje wordt geprojecteerd. En dan staan we op de hoogste toren ter wereld! We lopen een rondje om het uitzicht te kunnen zien van de verschillende hoeken. Leuk, maar ook weer niet super bijzonder. Je ziet de supermoderne en glimmende gebouwen en heeeeele kleine autotjes beneden op straat. Maar het blijft natuurlijk wel een woestijnstad. Dit merken we ook door de zandstof die in de lucht hangt en als een soort van mist echt verre uitzichten onmogelijk maakt. We hangen een uurtje rond, maken een hoop foto’s en lopen daarna naar beneden om onderweg naar buiten nog e.e.a. te lezen over de bouw van de Burj. Daarna begint de lange wandeling door het winkelcentrum, met alle extravagante mensen op weg naar de metro. We zijn hier niet eens verbaasd dat we vrouwen zien lopen met hun handtas en hun mobiel en een piccolo, op gepaste afstand, erachteraan met alle winkeltassen.

Popcorn at the beachDe volgende stop is het wereldberoemde Palmeiland. We stappen een aantal keer over en betalen vervolgens €25 extra om met de monorail naar het hart van het eiland te gaan. Helaas zijn we net te laat voor de zonsondergang aan het strand, dat is balen! We lopen het beroemde palmeiland hotel in om te zien wat daar allemaal te doen is. Onze lekkere trek stillen we met wat van de Garretts popcorn en we delen samen een erg dure (15 euro) maar lekkere hamburger. Verder hebben ze hier een duur aquarium, een onbetaalbaar waterpark en een winkelcentrum. Niets waar we verder interesse in hebben dus.

15 euro hamburgerVia de monorail, de tram en de metro gaan we terug richting ons hotel. We moeten namelijk nog een ziekenhuis of lab zien te vinden waar Stefan zijn tumormarkers kan laten checken. De kliniek die ons hotel vanmorgen heeft aangeraden kan ons helaas niet helpen, het blijkt een huisartsenpost te zijn waar ze dit soort dingen niet zelf doen, de uitslag kan tot 5 dagen op zich laten wachten, zoveel tijd hebben we niet. En dus lopen we weer terug naar de metro om het te proberen bij een ander ziekenhuis. De ingang van het grootste ziekenhuis van de stad is onmogelijk te vinden, het helpt ook niet dat het volledig in de steigers staat voor een renovatie. We zien ook niemand op straat, maar nadat we 3/4 om het gebouw heen hebben gelopen, weten we via een achterdeur alsnog binnen te komen, waar we redelijk snel geholpen worden om binnendoor naar de hoofdingang te lopen.

Na het tonen van de Engelse brief met uitleg van Stefan’s arts voor welke tumormarkers er bloed geprikt moet worden is het antwoord wederom: “We can’t help you.” We moeten hier drie dagen wachten op de uitslag en ze weten niet of deze ook digitaal te versturen is (over drie dagen zijn we al in Pakistan namelijk). Daarnaast moet Stefan eerst plaats nemen in de wachtruimte om gezien te worden door een arts, om te bepalen of ze ons kunnen helpen. Nou, laat dan maar zitten! Ze adviseren ons om naar Dubai Hospital te gaan, maar kunnen daar morgen pas terecht voor dit soort dingen. Een typisch kastje naar de muur verhaal dus. We dachten dat het hier in Dubai geen probleem zou moeten zijn, maar we besluiten om het in Pakistan opnieuw te proberen en er dan desnoods in die plaats op te wachten.

Bij de supermarkt op de hoek van de straat kopen we ons simpele avondeten voor vandaag. Na de burger hebben we niet zo heel veel honger meer en dus worden het twee pakjes instant noodles. We koken op onze kamer wat water, een minuutje wachten en Stefan’s verjaardagsdiner is compleet. Na een paar potjes backgammon kruipen we lekker tegen elkaar aan in ons veel te grote bed.

Creek parkWe zetten de wekker deze keer wel en na wederom een top ontbijtje en het kopen van drinken en wat snacks, nemen we een taxi naar Creek park. We betalen de entree en wandelen daarna een tijdje langs het water van “The Creek”. We snappen wel dat ze entree vragen, want het moet een fortuin kosten om om alles groen te houden in deze woestijn.`De temperatuur loopt flink op en het voelt goed om de zonnenbrandcreme tevoorschijn te moeten halen om de onbedekte armen van Renee in te kunnen smeren. Lekker dat dit nu weer kan!

Het park is verder best saai, maar wel lekker rustig zo in het zonnetje. We willen één van de watertaxi’s pakken die hier zouden moeten vertrekken, maar we worden door een onoplettende bewaker teruggeroepen. De watertaxi legt hier sinds kort niet meer aan en dit deel van het park is sindsdien gesloten voor normale bezoekers. Dus lopen we naar een andere uitgang van het park, vanwaar we weer een flink stuk naar de metro moeten lopen. Onderweg gebruiken we heel handig nog even het toilet van het ziekenhuis van gisteren, we komen daar door een shortcut van Stefan immers toch dwars doorheen.

Airco hokjeWe nemen de metro naar Deira, een gebied dat volgens ‘internet’ leuk zou moeten zijn om rond te wandelen, maar we zijn dit al snel beu. We snappen namelijk niet helemaal wat leuk zou moeten zijn aan dit winkelgebied en dus kiezen we voor een stadsbus richting het strand. Grappig detail: de bushokjes kan je afsluiten en hebben airco, lekker! Nu niet persé een must, maar in de zomermaanden kunnen we ons voorstellen dat mensen hier gewoon gaan staan om even af te koelen. Het bordje dat aangeeft hoe lang de bus erover doet loopt af, maar daarna ook steeds weer op en we staan na een half uur “2 minuten wachten” net op het punt om weg te lopen richting de metro, als de bus eindelijk aan komt rijden.

De buschauffeur rijdt alsof hij heeft gezopen, met de piepende banden door de bochten en harde remacties waarbij alle passagiers van hun stoel schuiven. Na een wilde rit van bijna een uur stappen we uit bij de laatste stop, een park waar je opnieuw entree voor moet betalen. We hadden gehoopt om ergens op een terrasje te kunnen zitten of onder een parasol, maar die zijn hier nergens te bekennen. We kiezen er daarom voor om even te pauzeren op een bankje onder een boom en te genieten van ons laatste restje caramelpopcorn. We hebben onderweg ook een hoop van Dubai gezien en zijn bovendien het strand voorbij gereden, wat er ook wel ‘okay’ uit zag. Het is nu alleen best wel heet en er zijn nergens bedjes of schaduwplekjes te bekennen, dus we besluiten om hier niet neer te ploffen.

NachooooooosAls de popcorn onze teleurstelling over de omgeving heeft weggenomen stappen we weer in een bus terug en zodra het kan stappen we over op de metro naar de Mall of the Emirates. Weer een groot winkelcentrum, maar deze is beroemd om de skihal die ze hier hebben gebouwd. Echt debiel in de woestijn natuurlijk. In tegenstelling tot een hoop andere mensen, hebben wij niet de behoefte om de hoofdprijs te betalen om hier te mogen skiën. Over twee maanden gaan we toch naar Oostenrijk, dus we kunnen nog wel even wachten. Het is wel leuk om dit grote contrast te aanschouwen en dus gaan we bij een eetcafé zitten voor de lunch. Het wordt nacho’s met kaas en guacamole en een clubsandwich.

Verderop zitten twee vrouwen met hun in totaal 7 kinderen, die besluiten om luidruchtig door het restaurant te gaan rennen, schreeuwen en janken. Uiteraard superirritant en het is duidelijk dat alle andere gasten en de obers deze mening delen. De moeders lijken het echter wel prima te vinden en zitten gezellig samen te kletsen, terwijl ze hun zeurende kinderen negeren. Als ze voor de zoveelste keer langs komen rennen en één van de jongste kids op volume 200 begint te krijsen, recht achter Stefan zijn stoel, besluit hij om zich om te draaien en op dito volume duidelijk te maken dat hij het zat is. Het kind schrikt zich te pletter en is meteen stil. Missie geslaagd en een hoop blije gezichten van de andere klanten. De moeders vragen vrijwel direct om de rekening en pakken hun spullen.

We hebben wel gezien dat het overgrote deel van de kinderen in Dubai ontzettend verwend is en we zouden hier zelf ook echt niet kunnen wonen. Alles draait om geld en uiterlijk en het lijkt erop dat de meeste kinderen die je in de winkelcentra ziet ook echt alles krijgen waar ze om vragen. Vreselijk! Wat moet er later worden van deze generatie ‘Dubai-anen’?

We hebben verder ook alles wel gezien wat we wilden zien in Dubai en kopen daarom een kaartje voor de nieuwste Hunger Games film. Leuk vermaak, maar wel balen van weer een open einde. Daarna weer de overvolle metro in en naar de supermarkt. We kopen twee afbakpizza’s en ijs als toetje (we hebben een oven en een vriezer!) en lopen daarna weer naar ons hotel. Het is al erg laat en we eten lekker relaxed op onze ruime kamer, sorteren nog wat foto’s, kijken wat op Facebook en gaan daarna slapen.

BadDe volgende dag is een reisdag, maar we hoeven pas in de middag op het vliegveld te zijn. Dus slapen we lekker uit, ontbijten rustig en Stefan gaat zelfs nog even in bad. Daar hebben we voor betaald, dus dan moeten we hem gebruiken ook! Daarna nog even snel de tassen inpakken en uitchecken. We worden nog op een negatieve manier verrast door de receptie van het Dunes Hotel, omdat we nog de service fee 10%, belastingtoeslagen van 10% en 10 Dirham per nacht moeten betalen, bovenop de prijs die we vergeleken hadden op Booking.com. Ze hadden dit alleen maar vermeld in een onduidelijk doorkliklinkje op een subpagina die we niet hadden gezien. Grrr, dit is een hoop geld (totaal bijna 90 euro extra, voor 3 nachten)!

We vangen een taxi om naar het vliegveld te gaan en willen inchecken voor onze vlucht met PIA naar Islamabad in Pakistan. Ook bij deze balie stuiten we op problemen want ze willen ons alleen meenemen als we aantoonbaar ook een vlucht hebben geboekt om Pakistan weer te verlaten. Wij gaan echter de landsgrens over met India. Ze nemen geen genoegen met ons visum voor india, onze geboekte tour in Pakistan en ons verhaal dat we bij Wagah overland de grens overgaan. Raar, want zoveel mensen doen dit gewoon en wat boeit het hun hoe we het land weer uitgaan, we betalen hun om ervoor te zorgen dat we in het land binnenkomen?!

Na 20 minuten discussiëren, telefoongesprekken van de incheckmeneer en nogmaals ons verzoek om zijn manager te mogen spreken, beginnen we ons toch best wel zorgen te maken. Het enige grappige is nu dat wij een keer degene zijn die een lange rij bij de incheckbalie veroorzaken. De overwegend mannelijke Pakistanen vragen zich ook duidelijk af wat Renee te zoeken heeft op deze vlucht naar Pakistan.

Uiteindeijk krijgen we het voor elkaar om mee te mogen, onder voorwaarde dat wij een waiver tekenen waarin wij aangeven PIA niet aansprakelijk te stellen als blijkt dat we het land niet uitkomen. Als basis wordt hiervoor een redelijk standaard ‘mental health waiver’ gebruikt. We strepen nog wel e.e.a. door en krabbelen er wat bij om ervoor te zorgen dat we onze rechten voor problemen bij binnenkomst in Pakistan niet verliezen en maken een foto van het document, omdat het blijkbaar te moeilijk is om een kopietje voor ons te maken.

Daarna krijgen we gelukkig eindelijk onze boarding passes, we hadden daar sinds een kwartier geleden (na een half uur discussie) alle hoop eigenlijk al op verloren. Gelukkig waren we ruim op tijd op het vliegveld, want al met al heeft alleen het inchecken voor de vlucht, net als in Iran, ruim een uur geduurd. Zouden er echt passagiers zijn, die de maatschappij die hun one-way heenvlucht heeft verzorgd, aansprakelijk stellen als ze drie weken later problemen hebben om via een landsgrens het vakantieland te verlaten? En wat dan nog? Er is toch geen rechter die daarin mee zal gaan? We snappen er nog altijd niets van. Maar we zijn blij als we in het vliegtuig onze gordels vast moeten klikken. Dubai, bedankt voor een dure, maar leuke stopover. Pakistan, here we come!

Laatste dag in Iran, nog een dagje Tehran

We hebben de afgelopen dagen weer contact gehad met Mohssen, de Iraniër die we op dag twee van onze Irantrip hebben ontmoet in de bus van Tehran naar Kashan. Hij heeft ons toen uitgenodigd om bij hem thuis te komen eten en we vragen hem of zijn uitnodiging nog steeds staat. Hij laat ons weten dat hij en zijn familie ons heel graag welkom heten in hun huis.

Omdat we het leuk vinden om zoveel mogelijk verschillende transportmiddelen te gebruiken, hebben we voor onze terugreis van Yazd naar Tehran twee treintickets gekocht. We zetten de wekker om 04.00 uur en proberen in het donker zo zacht mogelijk te doen om onze twee kamergenoten Stephanie en Eric niet wakker te maken. Gisteravond hebben we via ons hostel al geregeld dat er een taxi klaarstaat om ons naar het treinstation te brengen. Omdat er ook al een ander stel in de taxi zit en de kofferbak al vol is, worden onze tassen op het dak gebonden en kunnen we vertrekken. Nadat we veel te veel hebben betaald voor deze gedeelde taxi, staan we om 05.00 uur netjes op tijd op het treinstation.

TreinNa een half uur wachten mogen we met onze tassen naar de trein lopen. We moeten via een loopbrug naar een ander spoor en houden gepaste afstand tot de man voor ons, die duidelijk nog nooit in zijn leven op een roltrap heeft gestaan. De eerste keer gaat het net goed en de tweede keer besluit Stefan hem maar te helpen met één van zijn zware dozen, want anders waren we zeker onderdeel geweest van een Iraans spelletje oude-mannen-domino. De stoelen zijn zeer comfortabel en hebben ruim voldoende beenruimte. Wel leuk om te zien wat mensen allemaal meeslepen in dozen, plastic tassen en koffers. Volgens mij hebben ze het bagagelimiet voor deze treinen nog niet uitgevonden.

Als de trein even later gaat rijden, baalt vooral Stefan wel even dat we achteruit gaan, dat kijkt toch nooit zo lekker naar buiten. Ondanks dat we recht boven de motor zitten en dat best wel herrie maakt, ligt Renee binnen de kortste keren te slapen, terwijl Stefan een kaartje maakt van de gereisde routes in de verschillende steden. Net als in de bus zit er blijkbaar eten en drinken inbegrepen in de ticketprijs. Het stelt natuurlijk niet zo heel veel voor, maar we hebben nu wel weer een flinke voorraad aan water, koekjes en cakejes. Stefan besluit ook de koffie aan te pakken die ze serveren. Wel een beetje jammer dat we daarna pas te horen krijgen dat dit wel geld kost en dus geven we een paar van onze laatste Rials aan het mannetje.

Trein, niet gek veel anders als thuisRond 12.00 uur, een uur eerder dan verwacht, komen we aan op het station in Tehran. We besluiten om buiten op de trap in het zonnetje te gaan wachten op Mohssen. Hij wil ons graag ophalen, maar we hebben aan hem doorgegeven dat we om 13.00 uur arriveren. Uiteraard worden we regelmatig aangesproken door taxichauffeurs, maar deze keer kijken we niet uit naar een taxi, “We are waiting for a friend”. Stefan loopt nog een rondje op zoek naar een money exchange, want we zijn een tikje ‘low on cash’, maar helaas zonder geluk. We hopen maar dat Mohssen komt opdagen, anders hebben we niet eens genoeg geld om een taxi te betalen.

Rond 13.00 uur krijgen we een sms dat Mohssen is gearriveerd maar ons niet kan vinden. We besluiten om weer naar binnen te lopen als we elkaar even later zien worden we hartelijk begroet. Hij vertelt ons dat hij vanmiddag zijn eigen lessen heeft geskipped om met ons een middag op pad te kunnen gaan, daardoor voelen we ons wel een beetje lullig. Hij lijkt wel oprecht heel blij te zijn om ons weer te zien en dat is zeker wederzijds.

We stappen eerst met hem in een taxi voor een kort tourtje naar het dichtsbijzijnde metrostation. Daar staat hij erop om onze metrokaartjes te kopen en uiteraard worden we met onze grote tassen in de metro weer allervriendelijkst bekeken en begroet door alle mensen die om ons heen staan en zitten. Na zo’n 10 minuten stappen we samen uit en lopen we naar zijn geparkeerde auto, vanwege de smog regels mag hij met zijn oneven kenteken daarmee vandaag niet in de binnenstad komen.

Museum dicht, dan maar op de foto met dit beeld.Wij hebben hem eerder al verteld wat we al wel en niet hebben gedaan in Tehran en hij stelt voor om onze tassen in de auto te laten en geeft ons de keuze wat te doen vanmiddag. We besluiten eerst samen wat te gaan lunchen en hij stopt bij een prima restaurantje. Stefan en Mohssen bestellen ieder een goed belegde hamburger en Renee een spicy beef broodje. Nog een paar frietjes erbij en een vers geperst sinaasappelsapje, heerlijk! We besluiten er niet weer een groot probleem van te maken als Mohssen de rekening wil betalen. Dit is onderdeel van zijn gastvrijheid en hij verzekerd ons dat hij het echt kan betalen. Ok dan maar weer, wij zijn stiekem toch best arm. :)

DarbandTehran is een grote stad en dus rijden we een tijdje door de langste straat van Tehran, richting Darband. Daar aangekomen blijkt het paleis van de laatste shah dat we samen wilden bezoeken dicht te zijn op maandagen. Wat raar, normaal zijn dit soort bezienswaardigheden altijd dicht op vrijdag, net als veel winkels en restaurants. Hij verontschuldigd zich uitgebreid, maar uiteraard nemen we hem dit totaal niet kwalijk. We besluiten daarna de auto iets verder heuvelop te parkeren en een stukje te wandelen door Darband. Dit dorp ligt op een heuvel, langs een naar beneden kletterende rivier, met rijen theehuizen, theehuizen, theehuizen en een paar typisch Iraanse lekkernijkraampjes.

DarbandHet is inmiddels flink afgekoeld en ook een stuk frisser dan 2,5 week geleden. We besluiten om bij één van de theehuizen te gaan zitten en Mohssen besteld voor ons thee met een aantal van de typische Iraanse lekkernijen. Renee vindt alleen de zoetzure abrikozen wel lekker, maar de rest is niets voor ons. De bruine bonen en ontzettend zure andere dingen proeven we wel even, maar laten we daarna aan Mohssen over.

LekkernijenDe heater wordt aangezet en dus is het zo best aangenaam om een tijdje te blijven zitten. Mohssen geeft aan dat Iran nog wel wat te leren heeft over hoe om te gaan met toeristen. Wij vertellen onze positieve ervaring met de mensen in Iran en zijn juist blij dat veel nog niet is aangepast voor de toeristen. We krijgen echt het idee dat we nu nog een hoop authentiek Iran zien en het is echt fijn dat we regelmatig de enige toeristen zijn bij een bezienswaardigheid.

Het begint inmiddels te schemeren en dus lopen we weer terug naar zijn auto. Hij belt met zijn moeder om te overleggen wat een goede tijd is om te arriveren voor het diner en daarna rijden we naar een uitzichtpunt bij hun huis in de buurt. Daar kunnen we inderdaad een groot deel van Tehran zien. Daarna is het tijd om naar het huis te gaan. We pakken onze spullen uit de auto en gaan met de lift naar de 5e verdieping, waar we bij de deur hartelijk worden begroet door baba, maman en zus Elaheh.

Fruit voorgerechtjeWe trekken onze schoenen uit, zetten onze spullen in één van de slaapkamers, wassen onze handen en nemen plaats op de bank, terwijl maman het eten verder afmaakt. Als voorgerecht krijgen we ieder een bord vol fruit, want dat eten ze hier heel veel en thee, terwijl we gezellig kletsen over familie, werk en onze ervaringen in Iran. Baba en maman spreken maar een paar woordjes Engels en dus wordt er regelmatig vertaald door Mohssen of Elaheh.

Ook baba en maman zijn benieuwd wat onze ideeen waren over Iran voordat we hier kwamen. Dus vertellen we dat we dat we behalve de boycots en negativiteit in de media eigenlijk niet zo heel veel wisten over het land. Natuurlijk hadden we van drie mensen hele positieve reiservaringen gehoord, maar heel veel info hadden we niet en een voorstelling konden we al helemaal niet maken. Zij snappen dit en zijn blij dat we een fijne ervaring hebben gehad.

Aan tafelNadat we een tijdje hebben zitten kletsen over het imago van Iran en hun leven, gaan we aan tafel. Baba is oud piloot van de luchtmacht en is nu advocaat. Elaheh heeft gestudeerd, werkte tot voorkort in een lab en schildert graag. Ze is recent gestopt met werken om meer thuis te zijn ivm familiegebeurtenissen. Mohssen volgt een MBA Managementopleiding aan de universiteit, geeft één dag per week les en werkt vier dagen per week bij een marketing en import & export bedrijf.

In de keukenMaman en Elaheh hebben alles uit de kast getrokken met koken, we weten gewoon niet waar we moeten kijken. We hebben nog niet eerder in Iran zo lekker gegeten. Van heerlijk vers brood met een soort yoghurt dip, tot saffraanrijst met allerlei lekkere sausmixjes, een soort spaghettitaart met zoete aardappel on top, salade, een soort aardappelkoekjes, etc. Met een goed gevulde maag, ploffen we weer op de bank neer. Een uurtje later smullen we van ons toetje, een soort Iraanse cheesecake.

We kletsen de rest van de avond met onze nieuwe vrienden en ze willen ons graag overhalen om te blijven slapen. Ze verontschuldigen zich wel voor hun huis, want ze hebben nog maar één 1-persoonsbed hier in huis staan. De familie overnacht veel in een stad zo’n drie uur hier vandaan, zodat ze vaker bij de rest van hun familie kunnen zijn. Ze hebben daarom ook veel van hun meubilair daar naar toe verhuisd. Hun oudste zoon is een paar maanden geleden overleden aan een hersentumor en daar heeft de familie het moeilijk mee. Door veel in dat huis te zijn, met een grote tuin om lekker in de wroeten, vinden ze wat meer de rust om alles te verwerken. Slik, wat een heftig verhaal.

Fotos kijkenUiteindelijk kiezen we ervoor om niet te blijven slapen, want we willen ons niet te veel opdringen. We moeten morgen ook weer op tijd op het vliegveld staan voor onze vlucht naar Dubai en kunnen een goede nachtrust dus wel gebruiken. Rond 23.30 uur maken we aanstalten om te vertrekken, maar we mogen niet weg voordat we nog de afsluiter hebben gegeten in de vorm van zoete bietjes. Dit is iets waar Renee echt van gruwelt, maar ze kan het niet over haar hart verkrijgen om te weigeren en dus zet ze zich er over heen en eet mee.

We pakken één van onze Delfblauwe klompjes om de familie te bedanken voor deze geweldige avond en nodigen hun uit om een keer naar Nederland te komen en dan bij ons te verblijven. We weten niet of ze dit ooit kunnen doen, maar we zouden het erg leuk vinden om onze nieuwe vrienden een rondleiding te geven en kennis te laten maken met ons kikkerlandje. Zij willen ons ook enorm bedanken en iets meegeven om hun te herinneren, alsof deze hele ervaring nog niet voldoende was. :)

Terwijl wij onze spullen pakken, overleggen ze stilletjes wat te doen. We hebben hun eerder namelijk verteld over Duitser Stephan die een groot en dik boek van 2 kg van zijn familie heeft gekregen en dat hij zich verplicht voelde om dit cadeau mee te nemen op zijn reis. Uiteindelijk heeft hij deze aan het einde van zijn Irantrip meegegeven aan Andi (die naar huis ging) met de afspraak dat hij deze later wel een keer op zou komen halen in Duitsland. Van Mohssen krijgen we een portretfoto, van Elahah oorbellen voor Renee en van de ouders een Iraanse hanger met een belletje. Deze heeft hun oudste zoon een keer meegenomen uit Kashan als cadeau voor hun en deze willen ze nu aan ons geven met hun wens dat we nog een hele mooie tijd gaan beleven, veel lieve mensen ontmoeten en nog heel veel jaren gelukkig samen mogen leven.

FamiliefotoUiteindelijk vertrekken we, na een heel uitgebreid afscheid, ruim na middennacht samen met Mohssen naar hotel Firouzeh, waar we eerder ook al hebben geslapen. Hij heeft al gebeld met de vraag om voor ons een kamer te reserveren en dat is gelukt. Het is wat lastig navigeren door de stad. Het is nu lekker rustig, maar er is weinig straatverlichting en de eenrichtingswegen ook niet altijd duidelijk aangegeven. Uiteindelijk staat Mohssen toch toe dat Stefan de GPS aanzet die wij bij ons hebben en niet veel later staan we voor de deur van het hotel. We lopen samen naar binnen en na het inchecken loopt Mohssen nog helemaal mee naar de kamer om te dubbelchecken dat we goed terecht komen. Daar nemen we afscheid van hem. We moeten absoluut opnieuw langskomen als we weer in Tehran zijn, want één dag vonden ze veel te kort.

We zijn nu weer alleen, wat ook wel even fijn is. Met een big smile gaan we uiteindelijk slapen. Wat een dag!

Yazd, de stad van de Zoroastrians, windtorens en zandkleurige gebouwen

Als onze bus aankomt in Yazd staan er, nog voordat Stefan een voet op het asfalt heeft staan, vijf taxichauffeurs elkaar te verdringen om ons naar ons hotel te vervoeren. Stefan heeft helemaal geen zin om klassikaal te gaan onderhandelen, dus besluiten we om eerst even een flesje water te gaan kopen in het terminalgebouw en ondertussen te kijken of er misschien een officiële taxistandplaats te vinden is. Irritant genoeg loopt een van de mannetjes helemaal met Stefan mee. Als we klaar zijn met winkelen biedt hij voor de 100e keer zijn taxidiensten aan. De andere mannetjes zijn inmiddels afgehaakt en Stefan bedingt een prijs die wij redelijk vinden om naar het hostel te gaan dat we hebben uitgekozen.

Terwijl we samen naar buiten gaan, loopt het chauffeurtje Stefan voor z’n voeten, waardoor Renee als eerste buiten is en direct weer doelwit wordt van de andere chauffeurs. Uiteindelijk krijgen die onderling allemaal ruzie en roepen ze steeds lagere bedragen tegen ons. Zelfs een die, zo lijkt het, uit pure ergernis zelfs maar de helft vraagt van wat we nu afgesproken hebben. Stefan besluit het eerbare te doen en zegt dat hij al een afspraak heeft met de eerste man en afspraak is afspraak.

Uiteraard blijkt deze vent de meest gare illegale taxi te hebben die je je kunt voorstellen, bovendien moet hij eerst nog even zijn gastank vullen voordat we daadwerkelijk richting ons hostel kunnen vertrekken. Afspraak is afspraak gaat zoals gewoonlijk weer maar voor één van de twee partijen op, blijkbaar. Stefan houdt de kaart goed in de gaten en de taxi rijdt heel lang de goede kant op, maar presteert het op het laatste moment toch om voor de deur van een ander hostel te stoppen. Stefan doet nog zijn best om eerder bij de bagage te zijn, maar op de een of andere manier is het eerder zo trage ventje nu razendsnel en een van onze grote backpacks is onderweg naar binnen bij een hotel waar we niet willen slapen.

Woedend loopt Stefan achter de kerel aan. De chauffeur heeft onze tas tegen de balie gezet en is doorgelopen om de receptieman te halen, die in gesprek is met een andere gast aan de andere kant van de binnenplaats. We bedenken ons geen moment, Stefan pakt zijn tas, Renee doet die van haar goed op haar rug, nog één blik op de kaart, we zijn vlakbij de bestemming waar we heen wilden, kom we lopen wel! Tegen de tijd dat we zijn auto passeren heeft de taxichauffeur ons ingehaald en natuurlijk wil hij geld. Stefan rukt zijn arm los en geeft de chauffeur een boze blik. Het mannetje blijft met ons meelopen “money, pay, money money”. En hij krijgt meermalen in het Nederlands antwoord dat ie de pot op kan omdat hij een smerige oplichter is.

Tegen de tijd dat we door de voordeur stappen bij het andere hostel trekt hij nog één keer aan Stefan’s mouw en laat ons daarna gaan, hij durft hier duidelijk niet naar binnen. We worden vriendelijk onthaalt door de manager van dit hostel, hij heeft nog twee bedden in een vier persoons slaapzaal en die zijn bovendien heerlijk goedkoop (6 euro p.p.p.n. inclusief ontbijt). Stefan maakt zijn excuses bij de manager, omdat er waarschijnlijk een boze chauffeur buiten staat en hij antwoord dat dat geen probleem is.

Als we onze bagage op de kamer (een soort van grot/bijkeuken met vier bedden in de kelder) hebben gezet en de waardevolle zaken hebben vastgeketend aan het bed, is het tijd om wat te eten. Daarvoor hoeven we gelukkig niet naar buiten, want volgens onze reisgids en de reviews op internet, is dit niet alleen het beste hostel, maar ook het beste restaurant van de stad. Als we over de (overdekte/verwarmde) binnenplaats naar een tafeltje lopen, valt het ons op dat de taxichauffeur nu, samen met de receptieman van het andere hostel, iets bespreekt met de manager van dit hostel.

Silk road hotelAls de receptieman van het andere hostel vertrekt, komt de manager naar ons toe. Hij vraagt of we de taxichauffeur willen betalen, of niet, onze keuze. Stefan, die inmiddels wat is afgekoeld, geeft aan dat hij best wil betalen voor de (lange) rit, maar niet het volledige bedrag, omdat we niet gebracht zijn waar we heen wilden. Aangezien er andere chauffeurs waren die slechts de helft vroegen van wat we afgesproken hadden, zijn wij heel schappelijk bereid om 70% van het initiële bedrag af te rekenen. De chauffeur is het hier duidelijk niet mee eens en als hij het halve hostel bij elkaar staat te schreeuwen (tegen de manager) krijgen we eigenlijk alweer spijt dat we hem uberhaupt iets betaald hebben. Na enige tijd wordt hij door de beveiliging naar buiten gewerkt en keert de rust terug in het Silk Road hotel. We eten onze heerlijke maaltijd op en gebruiken de rest van de avond om wat te googlen over Yazd en Stefan z’n telefoon te resetten, die gecrashed is in de vorige stad.

Tegen de tijd dat we gaan slapen is er nog maar één andere gast wakker, onze Japanse kamergenoot, die blijkbaar gedurende de nacht heel stilletjes op bed is komen liggen. Het andere bed blijft vannacht leeg, zo lijkt het. Maar rond 4 uur worden we bruut wakkergemaakt door een bekende stem. Het is de Belg die we ook in Shiraz al hebben ontmoet. Hij is met een nachtbus gearriveerd, blijkbaar, en wordt door de nachtbeveiliger, die slecht ter been is en geen Engels spreekt de donkere trap afgestuurd onze ‘bijkeuken/kelder/kamer’ in. Twee deurkloppers, één voor mannen, één voor vrouwenDe Belg snapt begrijpelijk niet waar hij heen moet, in het pikkedonker en de nachtwaker blijft maar manen dat hij door moet lopen (maar blijft zelf bovenaan de slechte, ongelijke, kronkelige trap staan). Uiteindelijk schijnt Renee met haar telefoon de gang in, waardoor onze nieuwe kamergenoot de weg kan vinden. Hij pakt nog iets wat lijkt op een deken uit de hoek van de kamer (want Renee had die van zijn bed gejat om te compenseren voor het veel te harde matras) en hij slaapt al voordat wij uberhaupt doorhebben wat er zojuist allemaal gebeurde.

Wat, hoe?We doen vandaag rustig aan. We typen wat voor de weblog, sorteren wat foto’s en lopen aan het begin van de middag een uurtje of twee door het oude centrum van Yazd. Het is best een leuk stadje, met kleine straatjes, huizen van zongedroogde klei en heel veel van de ‘badgirs’ (windtorens, natuurlijke airco) waar Yazd zo bekend om staat. Het is vandaag vrijdag, dus het is heerlijk rustig op straat en vrijwel alles is dicht. Hier zijn, net als in Esfahan, de entreeprijzen voor toeristen vijf of zelfs tien keer zo hoog als voor inwoners van Iran en ze lijken ons (van binnen) geen van allen interessant genoeg om de (relatief) hoge prijs te verantwoorden.

VoetbalVoor het avondeten loopt Stefan even naar de bakker voor wat vers gebakken ‘naan’ en haalt hij bij het winkeltje er tegenover ook twee flessen frisdrank en ontzettend smerige popcorn, die een rare combinatie van poedersuiker en zout lijkt te bevatten. Het verse brood is echter erg lekker en terwijl we van onze maaltijd genieten kletsen we wat met Eric, zoals de ‘herriebelg’ blijkt te heten. YazdUiteindelijk gaan we weer vrij laat slapen, ook deze keer weer met een leeg bed op de kamer, want de Japanner is zonder gedag te zeggen vertrokken blijkbaar. We grappen nog even dat we hopen dat er niet nog een Belg arriveert vannacht en Stefan valt vrij vlot in slaap. Renee heeft wat meer moeite met het harde bed en kijkt eerst nog even een aflevering van de tv-serie The Mentalist op de tablet, voordat ook zij moe genoeg is om te kunnen slapen.

WatermuseumDe volgende morgen blijkt dat onze plannen ongeveer hetzelfde zijn als die van Eric en we besluiten om dan ook samen de stad te gaan verkennen. Het centrum van Yazd is niet heel groot, dus we beginnen te voet, richting het watermuseum. Normaal zijn we niet zo’n fan van musea en ook deze scoort geen hoge punten, maar de meeste bordjes zijn in het Engels en het gaat over techniek, dus met name Stefan is wel positief. Eric blijkt wat Farsi te spreken en het lukt hem om de kassaman te overtuigen dat hij een arme leraar is, die voor ons als gids door het museum zal gaan. Daardoor krijgt hij gratis toegang, of eigenlijk 3 voor de prijs van twee. Wat gunstig is, want net als in Esfahan zijn de meeste dingen voor toeristen (veel) duurder dan voor locals.

Als we doorlopen naar de tempel waar het heilige, eeuwige vuur van de Zoroastrians brandt, dan blijkt de poort gesloten. Ook het heilige vuur heeft siësta blijkbaar. We gaan er vanuit dat we het wel kunnen missen en besluiten naar de andere kant van de oude stad te lopen, waar in een weelderige tuin de hoogste windtoren op aarde staat. De hoogste windtoren op aardeIn Shiraz kregen we van een stel Duitsers de tip dat dit echt de mooiste bezienswaardigheid van Yazd zou zijn. Misschien waren onze verwachtingen daardoor hoog, of misschien was het verschil van smaak. Maar een kale tuin in de herfst en een 43m hoge toren waar je niet in kunt doen het niet heel goed op onze ranglijst.

Glas in loodWe hebben een flink stuk gelopen om hier te komen en ‘lunchtijd’ is ruim gepasseerd, maar helaas is het (eet)café hier in de tuin voor de lunch ook gesloten. We kopen bij een winkeltje bij de grote weg een stuk brood, een zak chips en een ijsje en lopen terug naar de tuin. Omdat ze ons vast niet nog een keer binnenlaten gaan we net buiten de poort in een soort voortuin op een bankje in het frisse zonnetje zitten. Het duurt gek genoeg niet lang voordat de kaartjes-knipper-meneer komt zeuren dat we een ticket moeten kopen om daar te mogen zitten. Stefan laat hem verbaasd de reeds geknipte kaartjes van een half uurtje geleden zien en roept hem in het Nederlands lachend toe dat hij eens wat nieuw geheugentraining moet overwegen, immers zijn we er vrij zeker van dat we, vandaag, de enige buitenlandse toeristen waren, waarvan hij de kaartjes heeft geknipt.

Ongeveer hierAls we met de stadsbus teruggereden zijn naar de tempel van het heilige vuur (die geen vuurtempel is) blijken we precies op tijd voor de middag-openstelling. Er staan een stuk of 10 andere geïnteresseerden in de rij. We grappen wat bij de kassa over groepskorting, want ook hier is het kaartje voor toeristen belachelijk veel duurder als voor locals, maar na een korte twijfeling houdt de kassaman voet bij stuk, zijn baas luistert mee.

Eeuwig vuurIn de hele niet-vuurtempel is geen enkel Engels bordje te vinden, we moeten het dus doen met de informatie uit onze Lonely planet, die vrij summier is. Er is een gebouw met een hout/gas combinatievuurtje achter een glasplaat en een tweede gebouwtje wat een museum voor moet stellen. Er ligt een boek en er staan wat oude spiegeltjes en paspoppen met tradionele Zoroastrian kleding. En dat is het. Zeker niet de wandeling van vanmorgen waard, laat staan het terugkeren met de stadsbus en de hoge entreeprijs.

Zo hebben we wel het laatste ding gezien dat er te zien valt in Yazd, dus we gaan gezamenlijk terug richting het hostel. Eric is op zoek naar een internetcafé en wij hebben nog een missie om een verzameldoos Yazdi-sweets op de kop te tikken met allemaal koekjes en baklava uit de regio. Als we langs een grote en beroemde banketbakker komen zwaait Eric af op zoek naar zijn internetcafé en wij gaan naar binnen.

BanketbakkerWe hebben al gauw gevonden wat we willen kopen, maar om het te krijgen moeten we een behoorlijk omslachtige bureaucratie doorworstelen. Eerst moet je op een bestellijst opschrijven (in Farsi!) wat je wilt hebben. Gelukkig hebben ze ook een Farsi fotomenukaart liggen en Stefan tekent zo goed als het gaat de sierlijke letters na op de bestellijst. Voor de zekerheid zet hij ook het bedrag er nog bij, wat eigenlijk niet de bedoeling is.

Met de bestellijst van achterin de winkel moet je naar de kassa bij de ingang, daar voeren ze het in in de computer, die een bonnetje uitspuugt waarmee je naar de winkelbalie in het midden van de winkel kunt. Terwijl ze je bestelling (bij ons maar één doos, die al klaarstaat) inpakken krijg je weer een ander bonnetje mee waarmee je je bestelling bij (dezelfde) kassa kunt gaan betalen. Met je betaalbewijs kan je je ingepakte bestelling weer ophalen bij hetzelfde mannetje in de winkel. Ondanks al het gehannes en het overtekenen van het Farsi schrift, hebben we precies wat we wilden hebben. Grappig genoeg betaalden we 5% minder als op de menukaart staat, we snappen alleen niet waarom?

In het hotel genieten we weer van een prima lokaal diner en spelen we wat backgammon. Ondertussen proberen we samen met Eric een tourtje voor morgen te organiseren voor een lagere prijs als we bij het hostel zouden betalen. Uiteindelijk regelt hij via zijn gids in Shiraz (telefonisch) een mannetje dat morgenochtend om 08.00u in ons hostel zal zijn om de mogelijkheden te bespreken en eventueel meteen te vertrekken. Lekker makkelijk en als dat niets is, hebben we morgen gewoon een relaxdagje, we doen nog een potje backgammon en gaan dan naar bed.

Deze nacht is het geen Belg, maar een Duitse die onze nachtrust komt verstoren met een late check-in. Stephanie is nog zo vriendelijk om haar spullen uit te pakken en zich om te kleden buiten onze kamer, maar helaas realiseert ze zich niet dat ze recht voor het (voethoogte, want kelder) open raam staat te rommelen. Maar omdat ze op de verlaten binnenplaats staat, doet ze niet bepaald haar best om zachtjes te doen. Als we een paar uur later aan het ontbijt zitten blijken we elkaar al te kennen uit Shiraz. We stellen Eric aan haar voor en niet veel later valt het besluit dat als het mannetje eindelijk op komt dagen, ook Stephanie aanhaakt in de autohuur om de kosten te delen.

Het mannetje heeft Eric om 08.30 uur gebeld dat hij er met een half uur zou zijn, dacht Eric, maar het blijkt dat hij er al vanaf 08.00 uur is en hij belde om te ontdekken wie hij moest aanspreken, echter was Eric net klaar met ontbijten en nam hij het telefoontje aan in onze kelder-kamer. In de volgende twee uur, terwijl we nog steeds in de veronderstelling waren dat hij met een half uur zou arriveren, hebben we een aantal ‘toergids ogende mensen’ aangesproken om te vragen of zij toevallig voor ons kwamen. Daar is nog wel een leuk gesprek uitgekomen met de eigenaar van een Oase-hostel in Garmeh, maar geen toergids door boven water gekomen. Uiteindelijk stapt een man in een wit-blauwe trui, die elke ochtend hier in het hostel rondhangt (en er nu ook al de hele ochtend is) op ons af, of wij hem gevraagd hadden voor toerinformatie, jazeker, dat denken wij wel ja!

KasteelHij maakt zich duidelijk zorgen dat de dag door ‘ons’ getreuzel al te ver vooorbij is om een volledige toer van de omgeving te doen en geeft direct een scherpe prijs met daarbij de opmerking dat we wel de volgorde moeten omkeren i.v.m. de openingstijden van de diverse bezienswaardigheden. We gaan gewoon en dan zien we wel waar het schip strand. Binnen een half uur zitten we alle vier met een dagtasje in de auto.

GroepsfotoDe eerste stop is de plaats Meybod, waar we bij een oude kasteelruïne voornamelijk op de foto gaan met schoolmeisjes die hier toevallig op excursie zijn, de ruïne zelf is wel leuk, maar niet heel bijzonder. Het postmuseum is, zoals Andi ons al had gewaarschuwd in Shiraz, zonde van het geld. PostmuseumGrappig genoeg meende Duitser Stephan dat dat onzin was, ze hadden hele interessante postzegels in het postmuseum en dat blijkt ook de favoriete bezienswaardigheid van Stephanie, waardoor we nog best veel tijd kwijt zijn aan de saaiste stop van de dag.

Daarna bekijken we een volledig gerenoveerde (zeg gerust herbouwde) caravanserai, die alleen interessant is door het bestelautotje dat niet onder de deur door pastte maar wel ging. Ice house meybodEn een oud gebouw dat gebruikt werd om ijs op te slaan voor gebruik in de zomer en een pigeon house, waar vroeger duizenden duiven in woonden die voor diverse zaken (maar met name mest) werden gebruikt. Het verhaal erbij is super interessant, maar de gebouwen zelf zijn allemaal zoveel gerestaureerd dat er niets authentieks meer aan is. DuiventorenBij het ijshuis zouden bijvoorbeeld drie deuren achter elkaar zitten in de dubbele wand, om de warmte buiten te houden in de zomer. Maar dat was wat veel werk om op te knappen, dus nu is het gewoon een enkele klapdeur geworden.

Bij de tweede bestemming ‘Chack chack’ krijgen we op de parkeerplaats (in de zon, maar ijzig koude wind) eerst thee met koekjes en daarna geeft de gids aan dat het eigenlijk niet zo heel boeiend is, maar dat we wel verder naar boven kunnen lopen, nu we er toch zijn. Kaartverkoper chack chackEr staat bovenop de berghelling een tempel waar waterdruppels uit het berggesteente komen ‘drup drup’ en dat is ook de naam van de tempel dus. Dit is de meest heilige plaats van de Zoroastrians waar ze elk jaar een groot pelgrimsfestival houden. De berghelling onder de tempel is dan ook letterlijk volgebouwd met een soort van ‘basishotel’ waarin grote kamers zonder voorgevel zijn gemaakt, we stellen ons zo voor dat dat in de zomer inderdaad voldoende beschutting is om te kunnen slapen op een perzisch tapijtje.

Eenmaal boven aangekomen blijkt dat de plek net niet helemaal verlaten is, er zit onderaan de laatste trap een mannetje kaartjes te verkopen voor 30.000 rial (1 dollar). Stefan is fan van watervallen en het klinkt wel alsof er boven iets van stromend water te zien is, dus hij besluit de entreeprijs te betalen. In het Farsi wordt hem nog duidelijk gemaakt dat hij voor het betreden van de tempel wel zijn schoenen moet uitdoen.

Drup drupDe tempel zelf is verre van bijzonder, zoals verwacht. Er is in een soort van inham in de berg een marmeren vloer gelegd en een muurtje gemetselt met, dat moet gezegd, twee mooie goudkleurige deuren. VoordeurBinnen drupt inderdaad water uit de rots, wat opgevangen wordt in twee plastic kinderbadjes van de plaatselijke Blokker en dat er binnen water drupt verwondert niet, aangezien er een paar meter buiten de ‘tempel’ een stroom water van de berg af komt zetten. De legende gaat dat een Zoroastriaanse princes moest vluchten voor een vijandig leger en hier in de berg verdwenen is. Het druppelende water was er niet voordat ze verdween en zou het bewijs zijn dat haar ziel nog altijd aanwezig is.

Voor zo’n heilige plek en hoge entreeprijs mogen ze best wat betere uitleenslippers leveren, besluit Stefan, als zijn sokken zich volzuigen met het koude heilige water dat over de rand van het volle linker kinderbadje stroomt. Als Stefan gespeelt overenthousiast weer de trap af komt lopen is het kaartverkoopmannetje dusdanig verrukt dat hij de andere drie buitenlanders wenkt dat ze ook moeten gaan kijken, gratis natuurlijk! Stefan geeft ze nog snel even de tip mee om niet de slippers uit de linker bak te gebruiken. En niet veel later zijn we weer met z’n vieren de trappen af aan het lopen terug naar de auto.

MooiDe laatste stop van dit toertje is in Karanagh, een dorp dat volledig uit ‘mudbrick’ gebouwd is, maar inmiddels op last van de overheid verlaten is. Alle ex-inwoners hebben een nieuw huis in het naastgelegen nieuwe centrum gekregen. Renee en Eric hebben het snel gezien, maar Stefan en Stephanie dwalen afzonderlijk van elkaar door de smalle, vaak overdekte straatjes en ontdekken de op instorten staande huisjes en bedrijfjes. Daarna bekijken we nog hoe een stel jongens de worteloogst in een beekje staat te wassen en besluit Renee haar weerstand nog wat op te krikken door de aangeboden net “schoon” gewassen wortel te proeven.

GevaarlijkDaarna bezoeken we een nieuwbouw-caravanserai waar de overheid van Karanagh een restaurant en hotel in wil gaan vestigen vanwege de vele bezoekers (waar dan?) die deze bezienswaardigheid trekt. Ze zullen dan wel echt iets aan conservering moeten gaan doen, want als ze geen actie ondernemen zijn alle huizen in het oude dorp over een jaar of vijf volledig ingestort. Wel lekker authentiek!

Terugweg, Stephanie, Stefan, ReneeTerug in het hostel bestellen we kamelenbiefstuk (Stefan) en spaghetti (Renee) en besluiten we met z’n vieren dat het een leerzame dag met matige bezienswaardigheden was. We zijn erg blij dat we niet alleen een taxi hebben afgehuurd, maar wel echt een gids hebben meegenomen, want zonder de verhalen erbij was het echt een verloren dag geweest. Nu hebben we wel echt het idee dat we iets geleerd hebben over de omgeving van Yazd. De rest van de avond gebruiken we om onze tassen in te pakken, want we vertrekken morgen weer richting Tehran. En we boeken een hotel in Dubai, omdat we verwachten dat we daar morgen geen tijd meer voor hebben.

Kerman en de zandformaties van de Kaluts

Het is gisteravond erg laat geworden met het boeken van onze vluchten naar Dubai en aansluitend Islamabad. Niet omdat het moeilijk was om wat te vinden, we wisten namelijk van een aantal eerdere ‘excursies op internet’ precies wat we wilden boeken. Maar door de brakke internetverbinding en slecht in elkaar geklusde website van met name Airarabia hebben we er gewoon uren over gedaan voordat eindelijk de creditcardbetaling erdoor was. Deze ochtend slapen we dus flink uit en ook na het ontbijt doen we het even rustig aan.

Renee in de lobbyWe hangen een beetje rond in de lobby en de receptieman neemt uitgebreid de tijd voor ons om allerlei opties voor toertjes voor te stellen die hij voor ons kan regelen. We puzzelen flink met de opties, want we hebben eigenlijk maar beperkt de tijd en Renee wil graag naar een hotel in de woestijn, genaamd Zein-o-din, wat wel goed mogelijk is, maar moeilijk te combineren met de andere dingen die we graag willen zien in de omgeving.

Azadi square KermanTegen 10:30 uur besluiten we de rest van vandaag in ieder geval maar te gebruiken om de stad Kerman zelf te bekijken en het verhaal van Hossein bij het theehuis ook nog maar even aan te horen voordat we daadwerkelijk een toertje boeken. We lopen richting Azadi square, waar de gedeelde taxi’s naar de bazaar zouden staan volgens Hossein. Aangekomen op het plein wil Stefan nog even in de Lonely planet opzoeken welke kant we dan ongeveer op zouden moeten, zodat we in de gaten kunnen houden of we inderdaad in de juiste auto zitten.

Als hij net het boek opengeslagen heeft, staat Hossein ineens voor onze neus. Wat een toeval. Hij zat in een taxi en had ons de straat over zien steken, toeristen vallen nou eenmaal op in Iran. Hij helpt ons naar de juiste shared-taxi en betaald ook meteen de chauffeur voor onze rit. “Ik heb hier nog wat business en zie jullie dan vanmiddag in het theehuis hé” zegt hij nog voordat hij de deur van de auto dichtslaat. Wat een aardige man!

PleintjeDe taxirit naar de bazaar gaat via een hele rare omweg, maar brengt ons uiteindelijk wel naar de beoogde bestemming. De bazaar van Kerman is veel kleiner en makkelijker te navigeren dan die in de andere steden waar we tot nu toe zijn geweest. Eigenlijk is het één lange rechte straat met hier en daar een plein of aftakking aan de linkerkant. We genieten nog even een half uurtje van de zon op een pleintje en merken hier toch wel dat dit een van de armere regio’s van Iran is. Kauwgom kopen? Of heb je geen tanden meer?De mensen zien er allemaal wat minder schoon uit en we worden ook regelmatig aangesproken door bedelende vrouwen en kleine jochies die kauwgom e.d. proberen te verkopen.

Renee shopt een nieuwe ‘billenbedekker’ in de vorm van een hele foute rok (uitgekozen door Stefan) en een mooie zwarte hoofddoek, van een materiaal dat minder glad is en daardoor beter blijft zitten. Voor we het weten hebben we het einde van de bazaar bereikt. Helemaal aan het eind van de straat zitten veel bakkertjes en daar kopen we dan ook een flinke zak Iraanse pepernoten. FruitmarktWe steken het verkeersplein nog even over om te gaan kijken bij iets wat van buiten lijkt op een hele grote moskee, maar waarvan geen melding wordt gemaakt in onze reisgids. Het is dan ook geen verrassing als blijkt dat de poort op slot zit.

KlokkentorenDan bedenken we ons dat we op de heenweg eigenlijk helemaal geen theehuis hebben gespot en dat het inmiddels wel een beetje tijd is voor onze afspraak. Gelukkig zijn we in Iran, waar afspraken heel flexibel zijn. Als we teruglopen richting de bazaar, besluiten we dat we ook nog wel tijd hebben om even een blik naar binnen te werpen bij de Mashed-e Jameh (hoofdmoskee). Wederom een prachtige moskee, met koepeltjes en heel veel blauwe tegeltjes. Wat deze moskee dan toch een beetje bijzonder maakt, is de klokketoren boven de poort ipv een set minaretten.

Hossein in theehuisAls we onze weg terug richting de andere kant van de bazaar vervolgen, heeft Hossein wederom een neus voor zijn toeristen. Bij een open deur met een soort van receptiedesk, die wij als ingang van een kantoor hadden bestempeld, staat hij spontaan weer aan het eind van de gang naar ons te zwaaien. Blijkbaar is dit het theehuis, daar mogen ze wel een duidelijker bordje voor ophangen. Waarschijnlijk was hij net onderweg naar buiten en dacht hij dat we niet meer zouden komen, omdat wij wel erg laat zijn.

Hossein helpt ons om wat te eten en te drinken te bestellen (denkt hij, maar uiteindelijk is de kassaman teveel dingen tegelijk aan het doen en hij vergeet het) en loopt voor ons uit naar een tafeltje in het cafe. Na een relatief kort gesprekje past Hossein precies in het plaatje dat de receptieman van ons hotel al van hem geschilderd had. Hij jaagt op toeristen, doet een aantal kleine dingen voor ze (zoals ophalen en taxi voorschieten) en probeert vervolgens voor bijna het dubbele bedrag als wat een normale taxichauffeur vraagt voor een dag privéhuur een toertje aan te verkopen.

TheehuisHelaas voor Hossein hamert hij vooral op de dingen die hij standaard verkoopt en dat zijn nou net de dingen waar wij eigenlijk helemaal geen zin in hebben. De specifieke vragen die wij stellen probeert hij elke keer om te buigen naar iets dat op zijn standaard toerpakket lijkt en bovenal is hij gewoon te duur. Hij moet weg en spreekt soort van eenzijdig met ons af dat we hem vanavond om 1730 uur weer hier ontmoeten om door te geven waar we voor gekozen hebben.

DiziInmiddels hebben we best wel trek, dus Stefan gaat nogmaals proberen om een pot thee en twee Dizi te bestellen bij de receptiedesk aan de ingang van dit oude badhuis. Deze keer krijgt hij het wel voor elkaar om af te rekenen en hij krijgt twee facturen mee. We moeten eerst plaatsnemen in de achterste ruimte, waar een mannetje onze factuur voor de Dizi inneemt en we inderdaad alleen ons eten krijgen. En daarna lopen we terug naar de caferuimte waar we op een tradionele bank onze theefactuur verruilen voor een pot thee, suiker en twee kopjes. Het is een heerlijk plekje om te zitten en mensen te kijken, maar de sfeer wordt wel een beetje verpest doordat ze achterin dezelfde ruimte iets met groot gereedschap aan het verbouwen zijn.

Tegen de tijd dat we de deur van het oude bad-/theehuis uitlopen is het 16.00 uur en no way dat we hier nog 1,5 uur rond gaan hangen om op Hossein te wachten. Omdat hij overduidelijk probeert om zijn dure tours te verkopen door je een schuldgevoel te geven, hebben wij er ook geen moeite mee om te besluiten dat we voor morgen gewoon een taxi afhuren via het hotel (waar hij ons ironisch genoeg zelf naartoe gebracht heeft).

We lopen bij de hoofdingang van de bazaar de taxi’s voorbij en gaan eerst op zoek naar het postkantoor, zodat we eindelijk onze briefkaarten, die we vorige week in Esfahan al gekocht en geschreven hebben, op de post kunnen doen. Hoewel ze qua uiterlijk erg op elkaar lijken zijn brievenbussen hier, in tegenstelling tot sloeberdozen, erg schaars. Na een flinke wandeling en een keertje de weg vragen, vinden we uiteindelijk een postkantoor met niet één maar zelfs twee brievenbussen voor de deur! Dilemma, want welke zou er voor de internationale post zijn? We doen maar een gok en mikken de kaarten allemaal in dezelfde bus. Dan zijn wij er in ieder geval vanaf.

Azadi by nightTerug bij de taxi’s kost het geen enkele moeite om een chauffeur te vinden die ons wil meenemen. Wel is het erg moeilijk om de mannen aan hun verstand te krijgen dat we ‘nah dar baste’ willen reizen (gedeelde taxi, ‘niet gesloten deur’). Ze doen stuk voor stuk allemaal gewoon alsof ze alleen ‘dar baste’ horen, wat betekent dat je de hele auto wilt afhuren. Uiteindelijk vinden we iemand die wel wil luisteren, maar als we daar dan instappen krijgt hij ruzie met de eerste chauffeur waar we mee hebben staan onderhandelen, want hij staat voorin in de rij om als gedeelde taxi te vertekken. We zuchten diep en wisselen van auto, waarna we vrijwel direct vertrekken richting Azadi square.

Deze rit mogen we ervaren wat een chaos een klein ongelukje (fender bender) op een kruispunt kan veroorzaken. Alle andere auto’s proberen er aan alle kanten omheen te rijden, wat resulteerd in een opstopping waarbij letterlijk 4 rijstroken aan auto’s naast elkaar, in tegengestelde richtingen vast komen te staan. Waar we in Iran eigenlijk nog geen enkele agressie hadden bemerkt tot nu toe, lopen de gemoederen hoog op als iedereen in de opstopping zo ongeveer tegelijk uitstapt (ook onze chauffeur) en er hier en daar wat rake klappen worden uitgedeeld. Uiteindelijk weet één van de bestuurders die tegenover ons staat zijn auto in een zijstraat te wurmen en komt er ruimte om de impasse op te lossen. Wij genieten vooral van het schouwspel, we hebben toch geen haast, maar onze chauffeur en de mannelijke passagier balen zichtbaar van het tijdsverlies hierdoor.

Terug in het hotel gaan we weer in de lobby zitten. Stefan stuurt Hossein een SMS dat we besloten hebben om geen gebruik te gaan maken van zijn diensten en Whatsapped wat met het thuisfront. En Renee typed ondertussen een stukje voor deze weblog. Als we eigenlijk net hebben besloten dat we alle bezienswaardigheden hier in de omgeving over gaan slaan en gewoon direct doorreizen naar Yazd, komt er ineens een bekende binnenlopen. Het is Andi, die blijkbaar vanmorgen in Kerman is aangekomen en geen ander, goedkoper, hotel kon vinden waar plek was. Ook hij heeft vandaag de bazaar verkend, op de een of andere manier zijn we elkaar misgelopen. Grappig genoeg heeft hij ook het theehuis niet gevonden.

We leggen hem uit dat we net besloten hebben om toch weer te vertrekken, maar dat we eventueel ook nog wel met hem een toertje willen doen morgen. We bespreken de opties die we vanmorgen al hebben gekregen. Uiteindelijk is Andi de reden dat we deze toertjes uberhaupt overwegen, hij heeft ons met een aantal foto’s weten te overtuigen dat de Kaluts woestijn bezoeken absoluut de moeite waard is, dat maakt het extra leuk om dan ook samen met hem te gaan.

BackgammonEen verblijf in dit hotel is op basis van half pension en we gebruiken met z’n drieën het buffet dinner aan een tafel in de kelder. Daarbij raken we ook weer in gesprek met Tonchi en Jasmine, een stel uit Kroatië dat we ook al vaker zijn tegengekomen. Na het eten gaat Renee weer verder met de weblog terwijl Stefan en Andi nog een aantal potjes backgammon spelen We gebruiken daarvoor het stoffen speelbord dat hij voor ons gemaakt heeft in Shiraz, met snoepjes als speelstenen. En we boeken het toertje voor morgen, waarbij we gek genoeg niet over de prijs onderhandelen, maar over de vertrektijd. Andi heeft daarover een leuke alinia op zijn blog geschreven, die ik graag gewoon even lekker lui kopieer.

Es wird verhandelt. Nicht der Preis – der ist mit 10 Dollar pro Person okay. Nur bei der Uhrzeit liegen wir weit auseinander. Der Portier startet mit 4:30 Uhr! Wir sagen das wir den Sonnenaufgang nicht sehen wollen. Er erhöht auf 7:00 Uhr und erntet ungläubige Blicke. Das wir so an elf gedacht hatten trauen wir uns gar nicht zu sagen und schlagen zwischen neun und zehn vor. „Acht?“ „Neun?“ „Acht Uhr Dreißig – letztes Angebot.“ „Okay“ :-)

Zoals we gisteren hebben uitonderhandeld ontbijten we vandaag vroeg en checken we uit, want we gaan vanmiddag meteen door naar Yazd hebben we besloten. Om 0830 uur liggen onze tassen aan de ketting in de lobby en staan we samen met Andi klaar voor vertrek.

BakkerijWaterreservoirOnderweg naar de Kaluts is Shadad het laatste dorp op de route, al een echt oasedorpje waar de taxichauffeur ons een half ondergrondse bakkerij met wachttoren, een gigantische wateropslag en een grote, half gerestaureerde, oude caravanserai (karavaan-hotel op de zijderoute) laat zien. Zoals meestal in Iran zijn we bij deze bezienswaardigheden de enige aanwezigen en hoeft er verfrissend genoeg niet eens toegang betaald te worden.

CaravanseraiDriving through the KalutsNa een uur rijden, door een desolaat landschap komen we aan in de Kaluts. Vrijwel direct na het bordje ‘Welcome to the Kaluts’ draait de chauffeur van de weg af, rijdt nog een stuk over het zand tot aan de eerste zandheuvel en trekt daar de handrem aan. Zo, we zijn er. Veel plezier. Andi probeert nogmaals om zijn foto van een paar hele gave zandsculpturen te laten zijn, maar tevergeefs, de chauffeur gebaard dat we vanaf hier moeten lopen en dat ze waarschijnlijk dáár ergens (wijds open armgewuif) staan.

KalutsbergDe zandheuvels hier zijn keihard en waarschijnlijk gedurende duizenden jaren door de weersinvloeden gevormd tot wat met wat inbeeldingsvermogen lijkt op 4 tot 10 verdiepingen hoge kantoorgebouwen. We beklimmen de eerste en maken een aantal prachtige en grappige foto’s, met een lege woestijn op de achtergrond. De torens waar we eigenlijk voor gekomen zijn, zien we niet, dus lopen we terug naar de auto, in de verwachting dat de chauffeur weer verder gaat rijden naar een volgende stop in de woestijn.

TheeNiets blijkt minder waar, de chauffeur verrast ons wel met een paar kopjes hete thee en koekjes, maar geeft daarna aan dat we of terug gaan, of vanaf hier nog een ander rondje kunnen lopen. Hij is duidelijk niet van plan om meer kilometers te gaan rijden dan hij met de hotelbaas heeft afgesproken (en gelijk heeft ie, eigenlijk). Group photoWe besluiten dan ook om hem flink lang te laten wachten en lopen een veel grotere ronde door de Kaluts. Stefan beklimt nog drie van de zandkastelen, waarbij hij nog op de foto moet met wat mensen uit Iran die hier zijn om te picknicken. Renee doet nog twee zandkastelen aan en god mag weten waar Andi zelfs helemaal heen is geweest, hij is ruim een uur uit het zicht verdwenen geweest.

Kaluts hang onIMG_6108 IMG_6092 Group photo IMG_6061 IMG_3123

 

 

 

 

 

 

Kaluts foto's

 

 

De terugrit naar het hotel gaat vlot. Nadat we de foto’s die we vandaag hebben gemaakt backuppen en uitwisselen met Andi, nemen we afscheid. De receptieman heeft zijn zoon gebeld, die ons als ‘illegale taxi’ naar het busstation gaat brengen. We hebben lang op hem moeten wachten en zelfs nog een keer gevraagd of de taxi onderweg was en daar voelt de jongen zich duidelijk schuldig over. Hij scheurt als een gek door de stad, negeert daarbij alle rode verkeerslichten en als Stefan het afgesproken bedrag wil betalen, geeft hij bijna de helft terug, dat kan hij niet accepteren.

Hij helpt ons nog naar de balie van een busbedrijf dat bussen naar Yazd heeft en gaat er weer vandoor. Het is hetzelfde bedrijf als waarmee we naar Bam zijn gegaan en pas als we de kaartjes hebben betaald voor een non-Vip-bus, omdat er vandaag geen VIP-bus meer zou gaan, realiseren we ons hoe dom we zijn geweest. Niet alleen zijn er natuurlijk nog zo’n 20 andere busbedrijven waar we even hadden kunnen vragen of zij misschien wel een VIPdienst hadden, maar bovendien is dit dat kutbedrijf waarbij de bus bijna een uur te laat vertrok en elke 10 minuten wel een paar minuten stilstond onderweg naar Bam.

Als Stefan nog even gaat shoppen voor een colaatje en een chipje, wordt hij nog aangesproken door een concurrent, die inderdaad een VIPdienst heeft die binnen een uur vertrekt. Dat is wel een beetje jammer. Maar als de bus uiteindelijk vertrokken is, blijkt dat het deze keer reuze meevalt en komen we met slechts enkele onverklaarbare tussenstops aan op het busstation in Yazd.

Uit het Spaans: ¿Dónde estamos? – ¡Estamos acá!

Switch to desktop version